Men neme: een droge start, een overtrekkende onweersbui boven Zandvoort en de keuze tussen slicks en regenbanden. Succes gegarandeerd, vraag dat maar aan winnaar Nico Hülkenberg (Duitsland) alsmede de podiumklanten Phil Giebler (Amerika) en Ryan Briscoe (Australië). Afgezien van sprintrace-winnaar Adrian Zaugg (Zuid-Afrika) die in de eerste ronde in de bandenstapel belandde en het foutje van Salvador Duran (Mexico) in de Tarzanbocht waardoor Nicolas Lapierre (Frankrijk) de leiding over kon nemen, gebeurde er niet heel veel in de openingsfase van de hoofdrace.

Of het moet het geklungel van Nur Ali zijn geweest, want dat was bijkans beschamend te noemen. Met als hoogtepunt, of zeg gerust: dieptepunt, zijn spin in een uiterste poging de pit in te rijden voor zijn eerste pitstop. Het zorgde voor een safetycarfase en daarna was het hek van de dam.

Jeroen Bleekemolen lag in de openingsfase op de achtste plek en had zijn eerste pitstop al gemaakt. Daar beleefde hij achter de safetycar veel plezier aan, want de pitstraat was op dat moment gesloten, waardoor de Nederlander op de virtuele tweede plek kwam te liggen omdat hij weer aansluiting had bij de rest van het veld.

Door nog meer onhandige acties van Ali bij de herstart had Frankrijk, dat nog niet was gestopt, meteen een ongekende voorsprong. Lang kon Lapierre daar niet van genieten, een overtrekkende onweersbui gooide roet in het eten. Dankzij de pitstops van de andere coureurs en de regen kwam ’de Bleek’ sterk opzetten.

Al snel moest team Groot-Brittannië er aan geloven, waarna iedereen naar de pit snelde om regenbanden te halen. Amerika besloot te wachten en verloor al snel posities aan Frankrijk, Duitsland en Nederland. Bleekemolen kon optimaal gebruik maken van zijn baankennis door halverwege de race buitenom in de Tarzanbocht eerst Duitsland in te halen en daarna de leiding af te pakken van Frankrijk. Nog in dezelfde ronde volgde Duitsland het voorbeeld van Bleekemolen.

Aangemoedigd door de steeds gekker wordende menigte op de tribunes breidde de Nederlander zijn voorsprong uit naar ongeveer drie seconden. Juist op het moment dat Bleekemolen op rozen leek te zitten, begon het circuit meer en meer op te drogen. Frankrijk besloot de gok te wagen en voor slicks te opteren. Dat liep slecht af, Lapierre schoot even van de baan af en viel daarna uit. Hülkenberg koos een ronde later voor slicks, dat bleek dan weer een gouden zet.

Vanaf het moment dat de Duitser naar binnen was gegaan was hij op z’n minst zeven seconden per ronde sneller dan Bleekemolen, die op zijn regenbanden nog altijd de koppositie in handen had. Giebler, die geen moment op regenbanden heeft gereden en eerst zo terugviel, kwam nu ook weer naar voren.

Toen was al duidelijk dat de race op tijd (maximaal zeventig minuten) verreden zou worden, wat in principe in het voordeel van Nederland was. Tegenvaller was echter dat de baan snel opdroogde, te snel en daardoor kwamen de concurrenten steeds dichterbij. Vijf minuten voor het einde capituleerde Bleekemolen: in het Scheivlak moest hij Giebler en Hülkenberg voorbij laten. Hülkenberg gooide er nog een schepje bovenop door Giebler te passeren en de leiding over te nemen. Die volgorde zou ongewijzigd blijven.

Helaas gold dat alleen voor de eerste twee, want in de laatste ronde slaagde Briscoe er nog in om Bleekemolen in te halen waardoor een podiumplek er niet meer inzat. Mexico, Italië, Groot-Brittannië, Zwitserland, China en Indonesië completeerden de toptien.

KVN