Het innovatieve uitlatensysteem van Renault was eerst een voordeel, maar werd in de loop van 2011 een nadeel. Dit stelt de technisch directeur van het team, James Allison.

De uitlaten van Renault staan voorwaarts gericht en eindigen bij de voorkant van de side-pods. Hiermee wordt extra neerwaartse druk gegenereerd. Aanvankelijk leek het revolutionaire systeem te werken. Renault was in de winter erg competitief en in de eerste paar races eindigden Vitaly Petrov en Nick Heidfeld op het podium.

Daarna kwam de klad erin. Gedurende het seizoen viel Renault eigenlijk steeds verder terug. Het dieptepunt was dit weekend misschien wel in Singapore. Voor het eerst dit jaar werd er een Renault, die van Vitaly Petrov, uitgeschakeld in de eerste kwalificatie.

James Allison, de technisch directeur van het team, erkent dat het voorwaartse uitlatensysteem niet voor het gewenste resultaat heeft gezorgd. “Toen ik de keuze maakte om dit systeem te gebruiken was het een opwindend concept. Het presteerde beter dan ons achterwaartse uitlatensysteem”, vertelt de Brit.

“Het leek erop dat het enorm veel mogelijkheden bood om races te winnen. Sindsdien werd onze groei tegengehouden door twee of drie aspecten. Ten eerste was het heel lastig om het systeem door te ontwikkelen. We begonnen goed, maar het was enorm moeilijk om de prestaties van het systeem door te ontwikkelend zoals gehoopt.”

Het tweede aspect is de meest lastige. Het systeem biedt extra neerwaartse druk. Maar op sommige circuits kwamen de verwachtingen en werkelijkheid niet overeen”, aldus Allison. Dat speelde Renault vooral op langzame circuits zoals Singapore en Monaco parten.

“We hebben de problemen die we hebben in bochten tot honderd kilometer per uur totaal niet voorzien. Wat we in die bochten ervoeren konden we in de windtunnel niet nabootsen. Op de resterende circuits zal het wel weer redelijk gaan. Hopelijk krijgen we de auto daar weer in de punten.”

“Dat moet ook: we voelen de hete adem van Force India in onze nek. We hebben een aantal goede resultaten nodig om hun voor te blijven. Ook werkten we in januari al aan de auto voor volgend jaar en nu werken er al lange tijd heel veel mensen aan. Daar is veel tijd in geïnvesteerd. Volgend jaar zijn we wat meer behouden, om daar vervolgens op voort te borduren.”