Na alle problemen in de wintertest verliep de eerste trainingsdag van 2015 voor McLaren volgens hetzelfde scenario: motorproblemen en een crash.

Eerst maar eens die crash: die kwam op naam van Kevin Magnussen. Na vier rondjes zette hij  in de tweede vrije training zijn McLaren-Honda in de bandenstapels. Later gaf hij toe dat het zijn eigen fout was. “Ik probeerde wat later te remmen dan in de voorgaande rondjes, maar de achterkant van de auto brak ineens uit en daarna kon ik hem niet meer uit de muur houden. Heel jammer.”

Magnussen had de rondjes hard nodig, want in de eerste training reed hij er maar zeven. Net als Jenson Button, die op zes ronden bleef steken, kreeg de Deen te maken met motorproblemen. Die staken bij Button in de tweede training opnieuw de kop op, hoewel de routinier nog wel 21 ronden kon rijden. De verzuchting van Button na afloop van de training was echter veelzeggend: “Als we maar niet vanaf de laatste rij hoeven te starten.” En, verwijzend naar Manor Motorsport dat helemaal niet aan rijden toekwam en voorlopig McLarens voornaamste concurrent voor die laatste startrij is: “Hopelijk komen er twintig auto’s aan de start.”

Buttons beste tijd was 3,6 seconden langzamer dan de snelste tijd van Nico Rosberg. Daarmee bleef hij naast zijn teamgenoot alleen de door technische problemen geplaagde Max Verstappen en Marcus Ericsson voor. Teambaas Eric Boullier is realistisch: “Het is duidelijk dat we nog veel moeten doen om competitief te zijn.”