Kampioenschapsleider Lewis Hamilton vindt de voorsprong van zijn team Mercedes op het rivaliserende Ferrari moeilijk te peilen, al is het volgens Ferrari-coureur Sebastian Vettel duidelijk hoe het ervoor staat.

In gesprek met Autosport stelt Hamilton – ondanks dat hij afgelopen zondag in Canada met een voorsprong van 45 tellen voor de eerste Ferrari over de streep kwam, die van Vettels teamgenoot Kimi Räikkönen – dat het zeker niet zo is dat Mercedes gerust kan zijn op het verschil met Ferrari.

“Ik denk dat het onmogelijk is om dergelijke conclusies te trekken”, antwoordt hij op de vraag of Mercedes zich voorlopig geen zorgen hoeft te maken, nu het zo dominant wist te winnen tijdens een raceweekend waarvoor Ferrari juist een aanzienlijke (motor)update had doorgevoerd.

“Kimi spinde gedurende de race, dus we hebben niet gezien hoe snel hij werkelijk was”, stelt Hamilton, die daarbij wel erkent dat de Fin ‘in het begin niet kon aanhaken’. Wat volgens Hamilton echter een betere graadmeter is, is het optreden van Vettel: “Want hij is meestal de snelste Ferrari-coureur.”

“Sebastian moest de race echter van ver terug beginnen, dus ik denk niet dat je kunt zeggen dat we een waarheidsgetrouw beeld hebben gekregen van Ferrari’s snelheid. Ik denk dat we op de volgende race moeten wachten om daar een indicatie van te krijgen”, besluit Hamilton.

Vettel
Ferrari-coureur Sebastian Vettel maakt in interview met SpeedWeek desgevraagd duidelijk dat het niet te zeggen is of de Scuderia Mercedes serieus had kunnen bedreigen als het een foutloos weekend had gehad in Canada, terwijl hij benadrukt dat Ferrari niet op wonderen rekent.

“Dit jaar verloopt voor ons zoals verwacht. Mercedes had van de winter een enorme voorsprong en er is duidelijk nog steeds een gat. We kunnen dat reduceren door onze auto te verbeteren, maar verwachten geen wonderen. We zetten de ene keer een grotere stap dan de andere met onze updates.”

“Het is ook zeker niet makkelijk ze bij te halen, want Mercedes zit natuurlijk evenmin stil. De enige manier om ze te verslaan is echter door de ontwikkelingsrace te winnen, en we liggen wat dat betreft volgens mij wel op koers.”