Force India heeft volgens Nico Hülkenberg nog veel werk te doen met de pas vrijdag in gebruik genomen VJM08. “We moeten een inhaalslag leveren”, weet de Duitser.

Hülkenberg wist vrijdag 77 rondjes af te leggen met de VJM08. Op zich indrukwekkend, getuige het feit dat een groot aantal teams daar bepaald niet aan kwam toen ze hun auto voor het eerst de garage uit het circuit op stuurden, maar Hülkenberg weet dat Force India er nog lang niet is met de VJM08.

“Qua betrouwbaarheid lijkt alles in orde te zijn. Het is ook best opmerkelijk dat we gelijk op de eerste dag 77 rondjes hebben kunnen rijden, maar we hebben echt nog flink wat werk voor de boeg en moeten een behoorlijke inhaalslag leveren ten opzichte van de rest”, vertelt hij aan Autosport.

Gevraagd of hij kan inschatten hoeveel pijn de late start Force India gaat doen – aangezien de meeste andere teams negen testdagen meer hebben gehad met hun nieuwe auto’s – moet Hülkenberg het antwoord schuldig blijven: “Daar komen we waarschijnlijk pas in Melbourne achter.”

“Vooralsnog is het allemaal theoretisch, net zoals het door de koude omstandigheden moeilijk is om in te schatten hoeveel beter deze auto is dan zijn voorganger. Het enige wat ik tot op heden kan concluderen, is dat hij op bepaalde punten sterker aanvoelt, maar op andere punten hetzelfde.”

Hülkenberg draait er niet omheen dat ‘de situatie niet ideaal is’. “Het was beter geweest als we meer testtijd hadden gehad, maar we moeten het hier nou eenmaal mee doen”, relativeert de coureur uit Emmerich anderzijds.

“We moeten gewoon zo snel mogelijk zo veel mogelijk over de auto leren. Gelukkig hebben we goede mensen rondlopen binnen het team en pikken we dingen doorgaans snel op. Het doel moet nu gewoon zijn om tot en met Melbourne zo hard mogelijk te blijven pushen.”