Alle Formule 1-coureurs hebben één ding gemeen: racen zit in hun bloed. Sommigen zoeken na hun carrière in de koningsklasse andere uitdagingen. Anderen zijn simpelweg niet goed genoeg bevonden. Formule1.nl volgt voormalig Formule 1-coureurs die nog actief zijn in de autosport. In deze aflevering: Satoru Nakajima.

Formule 1-carrière
Als een van de oudste debutanten ooit, 34 jaar is hij, komt Satoru Nakajima in 1987 de Formule 1 binnen. De Japanner mag plaatsnemen in een Lotus omdat hij Honda-motoren meebrengt naar het team. Zijn teamgenoot is niemand minder dan Ayrton Senna, en het decor van Nakajima’s eerste race is het circuit van Jacarepagua in Rio de Janeiro. Waar Senna door motorproblemen zijn thuis-Grand Prix niet kan uitrijden, stuurt de Japanner zijn bolide netjes naar de zevende plaats, net buiten de punten. Nakajima maakt vervolgens indruk met twee puntenfinishes op rij en in de Grand Prix van Engeland behaalt hij zijn beste resultaat van het seizoen door vanaf plaats 12 naar de vierde plaats te rijden, vlak achter Senna. 

Maar Nakajima kan de goede vorm niet vasthouden en na drie relatief magere jaren bij Lotus vertrekt hij in 1990 naar Tyrrell. Dat seizoen verbleekt hij naast de sensationele Jean Alesi, maar de belofte van Honda-motoren levet hem contractverlenging op. Als Nakajima in 1991 naast teamgenboot Stefano Modena opnieuw niet uit de verf komt en Honda de overeenkomst met Tyrrell voortijdig verbreekt, besluit Nakajima een punt te zetten achter zijn Formule 1-loopbaan. Wel is hij als testrijder nog een paar jaar betrokken bij Honda, dat in Japan eindeloos test met een geheel in eigen beheer gebouwde auto, maar het project komt nooit van de grond.

SatoruNakajima0

Overstap
Na zijn Formule 1-loopbaan stopt Nakajima met racen, waarmee hij naar eigen zeggen was begonnen meteen nadat hij zijn rijbewijs haalde. Al tijdens zijn Formule 1-carrière richt de Japanner in 1989 een eigen team op, Nakajima Racing, waar hij zich vanaf zijn ‘pensioen’ volledig op gaat richten. Het team komt uit in het Aziatisch Super GT-kampioenschap en de Formule Nippon, en rijdt uitsluitend binnen Japan. Onder andere Tom Coronel rijdt voor voor het team. In 1999 wint de Nederlander het Formule Nippon-kampioenschap voor het team van Nakajima. 

SatoruNakajima2


Hoogtepunt
Na zijn vierde plek op het circuit van Silverstone in 1987, hij sluit het jaar af als 12e in het kampioenschap, volgen twee slechte jaren bij Lotus. In 31 raceweekenden pakt de Japanner slechts één punt. De slotrace van 1989, op het circuit van Adelaide in Australië, brengt daar verandering in. Nakajima start als 23e, spint in de eerste bocht op een kletsnatte baan en moet achteraan opnieuw beginnen. Maar in het volle deelnemersveld van 26 coureurs knokt de Japanner zich naar voren. Terwijl grote namen als Senna, Piquet, Mansell en Prost de streep niet halen, pakt Nakajima de snelste ronde en rijdt hij de race van zijn leven. De Japanner komt uiteindelijk net tekort om Riccardo Patrese van het podium te verdringen en finisht als vierde, maar hij evenaart wel de beste prestatie uit zijn carrière en krijgt na afloop een regen aan complimenten over zich heen. Zelfs oud-wereldkampioen James Hunt, die Nakajima graag belachelijk maakte tijdens zijn commentaar op de BBC, is onder de indruk.

Opmerkelijk
Satoru Nakajima heeft twee racende zoons, Daisuke en Kazuki. Waar Daisuke blijft steken bij Formule Nippon en Super GT, rijdend voor het team van zijn vader, haalt Kazuki de Formule 1 wel. In 2007 debuteert de oudste zoon van Satoru bij Williams. Ook hij is echter niet succesvol in de koningsklasse en na 36 Grands Prix en negen punten verlaat Kazuki Nakajima , net als zijn vader, de sport na een puntloos jaar. Wat wel opvallend is, is dat Kazuki, net als zijn vader, zijn weg in de Formule 1 vond met behulp van een Japanse motorleverancier. Voor vader Satoru was dat dus Honda, Kazuki had Toyota als financiële hulp.

Wat nu?
Nakajima is nog altijd de teambaas van Nakajima Racing, dat nog steeds uitkomt in de Super GT en de Formule Nippon (dat inmiddels Super Formula heet) en de Super GT. Zoon Daisuke reed afgelopen jaar in die laatste klasse voor het team, waarin het zesde werd in het constructeurskampioenschap.