Volgens Abiteboul werken er vijftig mensen ‘rond de klok’ om de overname van Lotus rond te krijgen. Hij omschrijft het proces als ‘een echte achtbaanrit’. “Het is allemaal erg spannend, maar we hebben ook met wat frusterende zaken te maken gehad.” Lotus heeft eerder al aangegeven dat de bal bij Renault ligt. Het team en de automaker zouden er praktisch uit zijn, maar Renault zou nog met Bernie Ecclestone – de commerciële uitbater van de sport – om de tafel zitten over uitbetalingen die het uit de Formule 1 wil ontvangen. Volgens de BBC zijn de gesprekken tussen Renault en Ecclestone eerder spaak gelopen en wordt er in Abu Dhabi aan gewerkt deze vlot te trekken. Volgens Abiteboul zijn die toenaderingsgesprekken positief verlopen, maar moet er nog wel een knoop door worden gehakt door Ghosn en het bestuur. Abiteboul benadrukt daarbij dat ‘stoppen met de Formule 1 ook nog een optie is’ voor Renault. Ondanks dat de Franse firma Lotus over wil nemen, heeft het volgens Abiteboul ‘geen verplichting dit te doen’ en moet het bestuur ervan overtuigd zijn dat de Formule 1 de investering waard is. Motordeal Red Bull
Red Bull-teambaas Christian Horner zinspeelde vrijdagochtend op een verlenging van de samenwerking tussen zijn team en Renault. In de FIA-persconferentie later die dag herhaalde hij dat Red Bull een deal voor 2016 heeft, maar gaf hij wederom aan dat hij nog niet kan zeggen met wie. Wat Horner heeft beklemtoond is dat Red Bull er – ondanks dreigementen om te stoppen – gewoon bij zal zijn in 2016. Eigenaar Dietrich Mateschitz zou inmiddels ‘om’ zijn: “Hij meende het toen hij zei aan stoppen te denken, maar heeft besloten dat er te veel op het spel staat om dat te doen.” “Red Bull heeft – met twee teams, een Grand Prix, een talentenprogramma en enorm veel marketingactiviteiten – zoveel in de sport geïnvesteerd, dat Dietrich alleen maar wil dat het terugkeert aan de top. Er wachten ons de nodige uitdagingen om dat te doen en 2016 wordt daarbij een overgangsjaar. Hopelijk veranderen de regels daarna echter en kunnen we later weer over een betaalbare en competitieve motor beschikken.”
