De eerste trainingsdag in Monaco liep voor Sebastian Vettel niet bepaald gesmeerd. De Duitser tikte donderdagmiddag zelfs tweemaal de vangrail aan. “Geen beste dag.”

Vettel was in de eerste training nog derde, op vier tienden van Lewis Hamilton, maar kwam ’s middags niet verder dan de negende tijd, op dik anderhalve seconde achterstand van de snelste tijd. De Ferrari-coureur bestempelt het daarom dan maar als ‘een rommelige dag’.

Zo rommelig zelfs, dat hij in de tweede training tot tweemaal toe de vangrails raakte. Eerst in Mirabeau, waarbij hij zijn achtervleugel licht beschadigde, en kort daarna in Sainte-Devote, waarbij zijn velg schade opliep. “Ik ging gewoon iets te snel en haalde de bocht niet meer”, vertelt Vettel. “Ik kreeg telkens maar geen goed rondje voor elkaar en daarna deed ik iets teveel mijn best.”

De Pirelli ultrasoft, die in Monaco zijn debuut maakt, is daar deels debet aan, stelt hij. “Ze gaven me niet het juiste gevoel, ik kwam niet in mijn ritme en daarna gingen we dingen met de auto proberen die niet goed uitpakten.”

Toch is hij overwegend positief: “De snelheid is er, het komt er alleen nog niet uit.”