De zomerstop is begonnen, tijd om de tussenrapporten op te maken na de eerste seizoenshelft. We zijn aanbeland bij de knalgele bolides van het Franse team Renault, waar het aan Nico Hülkenberg is om de punten binnen te halen.

Eind 2016 maakt Nico Hülkenberg bekend dat zijn droom uitkomt en dat hij heeft getekend bij een fabrieksteam, al is het weliswaar Renault. Kevin Magnussen vertrekt naar nieuwkomer Haas. Naast Hülkenberg blijft de Britse coureur Jolyon Palmer, die het jaar daarvoor één punt voor Renault heeft weten binnen te slepen. Er staat een klus te klaren voor Hülkenberg om, met zijn inmiddels zes jaar Formule 1-ervaring, het team op sleeptouw te nemen.

Even wennen
Hülkenberg moet even zijn draai bij het team vinden en eindigt de eerste twee races buiten de punten. Niet echt een vooruitgang vergeleken met zijn vorige team, Force India, dat in 2016 als vierde eindigde in het constructeurskampioenschap. Maar vanaf de Grand Prix van Bahrein heeft hij de smaak te pakken en sleept hij constant punten binnen voor zijn team, op enkele uitvalbeurten na.

Ook Jolyon Palmer moet wennen aan de nieuwe auto’s, hij weet in de elf gereden races vier keer niet de finish te bereiken. De uitvalbeurten zijn niet alleen aan de onbetrouwbare Renault-motor toe te schrijven maar ook aan Palmer zelf. In Australië maakt hij een dure remfout en eindigt hij in de muur. In Rusland crasht hij in de eerste bocht, mede door een inschattingsfout van Romain Grosjean. In Monaco, Canada en Oostenrijk zit Palmer met een elfde plaats zo dicht bij de punten dat hij ze kan ruiken, maar helaas grijpt hij hier ook weer mis.

Dominant
Hülkenbergs taak om het team op sleeptouw te nemen, lijkt voor de eerste helft van het seizoen geslaagd. Het niveau en daarmee de bijbehorende resultaten stijgen iedere race. Het team weet zich telkens te verbeteren, door met slimme upgrades te komen. Zoals de nieuwe vloer die op Silverstone bij Hülkenberg op zijn R.S.17 wordt geïntroduceerd. Jolyon Palmer krijgt de upgrade pas een race later, waardoor een nog groter gat tussen de twee ontstaat.

Hülkenberg is overduidelijk de eerste rijder binnen het team. Hij krijgt de eerste keuze in pitstopstrategie en als eerste de nieuwe updates. Hij is ook degene die de punten binnenhaalt. De dominantie van Hülkenberg is overduidelijk te zien in het kwalificatieduel waar de Duitser iedere race de overhand heeft op zijn teamgenoot. Palmer weet simpelweg de snelheid niet te vinden en presteert ondermaats vergeleken met Hülkenberg.

Na een teamorder voor Palmer om Hülkenberg aan zich voorbij te laten, lukt het hem niet aan te haken op zijn teamgenoot

Onbetrouwbare motor
Het is de Franse motor waar de prestaties van zowel de klantenteams (Red Bull en Toro Rosso) als het fabrieksteam zelf het meest onder lijden. Renault moet zijn aandacht verdelen tussen het verbeteren van de betrouwbaarheid van de motor en de performance van de krachtbron. En heeft daarbij moeite precies aan te kunnen wijzen wat het probleem is. Bij Nico Hülkenberg geeft in Monaco de versnellingsbak er de brui aan, en Palmer moet zijn auto al aan de kant zetten voor de Grand Prix van Engeland is begonnen door motorproblemen.

Het zwartste weekend van het team is de Grand Prix van Azerbeidzjan waar beide auto’s niet over de finish komen. Nico Hülkenberg schampt door een slordige fout de muur en kan door de schade aan de auto zijn race niet vervolgen. Terwijl Jolyon Palmer bij de opwarmronde al aanvoelt dat de auto niet goed is, waarschijnlijk als resultaat van een brandje in de derde vrije training. Hij mist de kwalificatie ondanks snelle reparaties aan de Renault, maar haastige spoed blijkt ook hier zelden goed.

Kubica’s comeback
Door de tegenvallende resultaten van Palmer is het duidelijk dat de Brit op de schopstoel zit. Maar het blijft onduidelijk of en wanneer er daadwerkelijk afscheid van hem wordt genomen. Teambaar Cyril Abiteboul blijft volhouden dat Palmer blijft zitten waar hij zit tot het einde van het seizoen. Daarna gaat Renault voorbij de horizon kijken. Daar liggen al een aantal gegadigden op de loer.

De voorkeur van de fans gaat uit naar Robert Kubica. De Pool heeft bewezen fit genoeg te zijn om terug te keren, na zijn rallycrash in 2011, tijdens de in-seasontest op de Hungaroring. Maar ook Fernando Alonso staat nog op het lijstje, mocht hij niet tevreden zijn met de ontwikkelingen bij McLaren. En ook Toro Rosso-coureur Carlos Sainz wil het eventueel hogerop zoeken en hengelde eerder dit seizoen al bij Renault. Al met al speelt Renault de komende winter een hoofdrol in de dure stoelendans van de Formule 1.

Kubica tijdens de in-seasontest op de Hungaroring