Jérôme d’Ambrosio heeft de vlag gehaald bij zijn Grand Prix-debuut. De Belg eindigde in Australië als zestiende en laatste.

Virgin-coureur d’Ambrosio prijst zich gelukkig met het bereiken van de finish: “Dat ik mijn eerste race gelijk heb uitgereden, maakt me erg blij”, geeft hij aan.

“Ik ging voortvarend van start en voelde me goed in de auto, hoewel ik wel denk dat ik aan het eind van de race wellicht nog iets harder kunnen gaan”, blikt de 25-jarige coureur terug.

“Het belangrijkste is echter dat we het einde gehaald hebben en ik weer nuttige ervaring heb opgedaan”, benadrukt d’Ambrosio verder. “Ik wil het team dan ook graag bedanken voor al het harde werk dat ze dit weekend verricht hebben. We hebben een paar productieve dagen achter de rug en hopelijk kunnen we hier in Maleisië op voortborduren.”

Voor de teamgenoot van d’Ambrosio verliep de race in Albert Park wat minder voortvarend. Hoewel ook hij rijdend aan de finish kwam, werd hij doordat hij negen ronden achterstand aan zijn broek had niet geklasseerd.

“Dat was een beetje jammer, al is het wel positief dat we betrouwbaar genoeg zijn om twee auto’s naar de finish te brengen”, meent Glock.

Voor Glock ging het echter vlak na zijn pitstop mis: “Het linkervoorwiel kwam daarna los, waardoor ik een zeer langzame in-lap moest afleggen om weer terug naar de pits te gaan.”

“In de pits bleek vervolgens dat de wielmoeren behoorlijk beschadigd waren. We konden het nog wel repareren, waardoor ik weer de baan op kon, maar de auto trilde toen heel erg en ik kon eigenlijk niets anders doen dan me er op concentreren het einde te halen.”