Christijan Albers en Nicky Pastorelli zijn voor 2006 al verzekerd van een stoeltje. Robert Doornbos nog niet. Maar de 24-jarige houdt de moed erin. ,,Het gaat de goede kant op.” De Rotterdammer nam de laatste acht Grand Prix’ van dit jaar de tweede racestoel bij Minardi over van Patrick Friesacher, die niet langer aan zijn betalingverplichtingen kon voldoen. En nu hij eraan geproefd heeft, wil hij meer.

Maar Minardi is niet meer en alleen BMW en Midland hebben nog een raceplaatsje vrij. ,,En één ding is zeker: ik ga niet bij Midland rijden”, zegt hij in de nieuwste uitgave van FORMULE 1. Testen lijkt dus de enige mogelijkheid voor Doornbos. ,,Wie zegt dat ik komend jaar ga testen?” zegt hij strijdbaar.

Hoewel hij ons graag anders wil laten geloven, is testen toch echt de meest serieuze optie. Zijn manager Marco Zecchi probeert een tweejarige deal binnen te slepen. Eén jaar testen en dan de zekerheid dat Doornbos mag racen. ,,Wat voor ons duidelijk is, is dat als ik testcoureur word er veel gereden moet worden. Dus dan spreek je maar met een paar teams. Als één van de betere teams je de kans geeft om tienduizend kilometer te maken, zoals Pizzonia heeft gedaan, dan leer je zoveel.”

,,Testcoureur worden is voor mij geen stap terug”, stelt Doornbos. ,,Zolang het maar bij een beter team is. Als je de paddock binnen komt en je net een paar deurtjes verder kan lopen, dan weet je dat je goed bezig bent. En geloof me, het gaat de goede kant op.”

Het volledige interview met Robert Doornbos lezen? Koop dan FORMULE 1 nummer 18, die vanaf donderdag 17 november in de winkels ligt.

PPB