Charlie Whiting heeft aan het Duitse Auto, Motor und Sport laten weten dat de FIA geen lelijke neuzen meer wil in 2015. De autosportbond is bezig om maatregelen te bedenken om de neuzen te voorkomen.

De teams gaven tijdens de winterstop al aan dat de nieuwe regels van de FIA, dat vanwege de veiligheid de hoogte van de neus naar beneden aanpaste, voor radicale ontwerpen zou zorgen. Door een lagere neus wordt de auto minder aerodynamisch, waardoor veel teams kozen voor een slankere neus, de miereneterneus genoemd.

Adrian Newey, ontwerper van de Red Bull, toonde eind vorige maand al zijn onvrede met de regelwijziging. “De nieuwe regel is volgens mij ingevoerd om te voorkomen dat coureurs gelanceerd worden als ze achterop iemand anders botsen, maar Ik moet zeggen dat ik nu juist bang ben voor het tegenovergestelde,” meldde Newey. “Volgens mij is het nu namelijk een risico dat de achterste auto bij zo’n botsing als een onderzeeër onder de voorste auto duikt, met als gevaar dat hij zelfs nog onder de crashstructuur van de voorste auto komt. In mijn ogen is dat een veel gevaarlijker scenario.”

Van het uiterlijk van de neuzen is Newey ook niet gecharmeerd: “Ik vind het jammer dat de nieuwe auto’s er zo uit zien, maar de nieuwe regels dwingen ons hiertoe. De snelste rondetijd is immers belangrijker dan hoe de auto er uitziet.” Ook de FIA schrok van de ontwerpen, vooral de neuzen van Force India, Toro Rosso en Caterham vielen niet in de smaak. Volgens Whiting heeft de FIA echter vooral naar de veiligheid van de sport gekeken en niet per se naar het uiterlijk van de wagens.

“Als we de regels opstellen is het niet belangrijk hoe de neuzen er uit gaan zien. Wat voor ons telt is of de teams voldoen aan het reglement en daarmee een veilige auto hebben gebouwd. Alle auto’s zijn door de crashtest gekomen en dus zullen we ermee moeten leven dat de neuzen dit jaar lelijk zijn”, legt Whiting uit. “Maar we hebben wel ideeën om dat te veranderen. We kunnen bijvoorbeeld een symmetrisch ontwerp eisen, zodat abrupte overgangen in de neus niet meer voorkomen. Bijvoorbeeld door naast minimale ook maximale grenzen te stellen aan het versmallen  van de neus.”