Romain Grosjean denkt dat het kleine Haas in 2018 de strijd aan kan met enkele ‘grote teams’. Met de renstallen achter de top drie dicht bij elkaar, moet het helpen dat Haas zich al vroeg in 2017 volledig op de 2018-auto heeft gericht.

“Wij zijn kleiner dan de meeste andere teams, maar weten de middelen waar we over beschikken goed te gebruiken. Onze partners Dallara en Ferrari doen verder geweldig werk om ons te helpen beter te worden”, wordt Grosjean geciteerd door RaceFans.net.

Grosjean begint aan zijn derde seizoen met Haas. Hij was er al bij toen het Amerikaanse team in 2016 in de Formule 1 debuteerde.

Dallara construeert de Haas-chassis’, terwijl het Amerikaanse team zoveel mogelijk onderdelen inkoopt bij Ferrari – waaronder motoren en versnellingsbakken. Zowel in 2016 als 2017 finishte Haas als achtste in het WK, al ging het puntentotaal omhoog van 29 naar 47.

Tijdens de recente wintertests in Barcelona maakte Haas indruk. Volgens sommige analyses zou het qua pace wel eens het vierde team kunnen zijn, dus best of the rest achter Mercedes, Ferrari en Red Bull, al komen bijvoorbeeld McLaren en Force India met grote updates naar Melbourne.

Grosjean loopt nergens op vooruit – “want testen is een ander verhaal dan racen” – maar denkt wel dat het een fel gevecht wordt achter de top drie. “We gaan de strijd aan met enkele grote teams, en dat is spannend voor een team dat pas z’n derde jaar in gaat.”

Volgens Grosjean heeft Haas ‘na mei 2017’ geen wezenlijke updates meer gebracht voor haar auto van dat jaar, maar moet het vroege verleggen van de focus naar de 2018-auto nu vruchten afwerpen. “Ik denk dat het ons heeft geholpen een goede auto te bouwen voor dit jaar, en zo in staat moet stellen voor een goede WK-klassering te vechten.”

Voert Haas begin 2018 de middenmoot aan?