Het shot van de Louis Chiron-chicane, de eerste van de twee chicanes om het zwembad heen, is vertrouwd. De auto’s komen stuk voor stuk naar de kijker toegesneld voor de rechts-links-combinatie, de verandering van stuurrichting is razendsnel. Deze beelden worden al jaren gemaakt door Olivier die zich daardoor misschien wel een expert mag noemen als het op deze chicane aankomt.

Hij zit hier de hele dag, het hele raceweekend, één voor één komen de fotografen langs om een high five te geven. Olivier is blijkbaar een bekend gezicht, hij vind het een mooie bocht: “Het is een gevaarlijk en uitdagend punt van het circuit, de auto’s krijgen veel energie te verduren door die snelle verandering van richting.” En wijzend naar de plaat die hem moet beschermen: “Ik heb al flink wat crashes meegemaakt hier.”

Raakt de camera nauwelijks aan
De taak van Olivier is makkelijk te onderschatten, de werkspanning spat er niet vanaf. Hij kijkt op zijn telefoon, checkt de stand nog even op het scherm en lijkt zo nu en dan de witbalans van zijn camera in te stellen. “Het shot hoeft namelijk niet aangepast te worden, ze blijven binnen mijn kader. Het gaat bovendien zo ontzettend snel dat er weinig in- of uit te zoomen valt”, vertelt de Fransman.

De snelheid van de auto’s die voluit gaan in de bocht is overdonderend, eng bijna. Olivier:  “Het is lastig te stellen wie er het snelst is op dit stukje, de klok zegt Mercedes”, wijst hij op zijn schermpje. “Maar om het met het blote oog te zeggen, dat lukt me niet.”