Het live verzenden van telemetrie van de auto naar de pits zal in 2016 mogelijk aan banden worden gelegd. Dit in navolging op verdere restricties op het radioverkeer vanaf de pitmuur naar coureurs.

Dat berichten Motorsport.com en Autosport. Volgens beide publicaties zal het radioverkeer verder aan banden worden gelegd om de controle – en verantwoordelijkheid – verder terug te geven aan de coureurs, in plaats van dat ze te zeer vanuit de pits begeleid worden.

De FIA heeft de teams een lijst met ’toegestane communicaties’ verstrekt (zie onderaan), waaruit duidelijk wordt dat elke vorm van coaching of het anderzijds helpen van een coureur – behalve waar het om veiligheidszaken gaat – met ingang van 2016 niet langer toegestaan zal zijn.

Een soortgelijk verstrekkend ‘radioverbod’ werd in 2014 ook al geïntroduceerd, maar toen al snel afgevlakt en deels terzijde geschoven. In welke mate het in 2016 wordt doorgevoerd, is afwachten, al lijkt de Formule 1 meer open te staan voor recente FIA-initiatieven om driver aids in te perken.

Motorsport.com bericht verder nog dat de FIA ook kijkt naar mogelijkheden om het live verzenden van telemetrie van de auto naar de pits te beperken. Ook dit gebeurt met het doel het teams moeilijker te maken de performance van coureurs van afstand te verbeteren.

De FIA zou van zins zijn alle ‘niet-essentiële’ data die direct naar de pits wordt verstuurd, te verbieden. Informatie over hoe een coureur rijdt – wat kan helpen bij coaching – mag nog wel worden opgeslagen, maar alleen informatie over het functioneren van de auto mag live worden doorgegeven.

De lijst met toegestane radioberichten en onderwerpen:

1. Informatie over een probleem met de auto of banden.
2. Informatie over problemen met de auto van een tegenstander.
3. Een oproep om naar de pits te komen om de auto te repareren of te stoppen.
4. Informatie over de veiligheid op de baan, procedures en welke vlaggen waar worden gezwaaid.
5. Meldingen over regen, olie of rommel op bepaalde baandelen.
6. Een instructie om van positie te wisselen met een teamgenoot.
7. Bevestiging van ontvangst van een boodschap van een coureur. 
8. De ronde- of sectortijd.
9. De ronde- of sectortijd van een rivaal.
10. Het gat naar een andere deelnemer.
11. Oproepen als: ‘Hard pushen’, ‘Nu pushen’ of ‘Je vecht met X’, en soortgelijk.
12. Informatie over verkeer en hoe daarmee om te gaan.
13. De onderlinge verschillen op de baan tussen coureurs in een kwalificatie, om zo vrije ruimte te vinden.
14. De bandenkeuze tijdens de volgende pitsstop.
15. Hoeveel rondjes een rivaal op een setje banden heeft gedaan.
16. Op welke banden een tegenstander rijdt.
17. Informatie over de strategie van een tegenstrever.
18. Informatie over het safety car window.
19. Overtredingen (en bijbehorende straffen) van andere coureurs.
20. Of het gebruik van DRS is toegestaan.
21. Hoe een DRS-probleem op te lossen.
22. Het anders afstellen van de voorvleugel tijdens een volgende stop.
23. De olie-status.
24. Een oproep om (op termijn) naar de pits te komen. 
25. Herinneringen om aan witte lijnen bij de uitgang van de pits, paaltjes bij bochten, etc., te denken.
26. Een herinnering aan de track limits.
27. Het doorgeven van berichten van de wedstrijdleiding.
28. Informatie over schade aan de auto.
29. Hoeveel ronden nog te racen.
30. Informatie over testprocedures/-stints tijdens een vrije training.
31. Het weer.