Red Bull-coureur Daniel Ricciardo heeft er wel vertrouwen in dat hij en zijn team in Monaco in staat zijn Mercedes het vuur aan de schenen te leggen. Teamgenoot Sebastian Vettel is daar niet zo zeker van.

In de ochtendtraining zat Ricciardo op de derde plek op twee tienden achterstand van het Mercedes-duo, terwijl Vettel op P5 meer dan zeven tienden op Mercedes-coureurs Lewis Hamilton en Nico Rosberg moest toegeven.

Aan de middagtraining, waarin het alleen de laatste vijftien minuten droog genoeg was om serieus rondjes te rijden, hechten Ricciardo en Vettel niet echt waarde, waardoor Ricciardo – ondanks dat Vettel in VT2 ruim de snellere van de twee was – toch de meest optimistisch gestemde Red Bull-coureur blijft.

“Het ging goed vanochtend”, blikt Ricciardo terug ten overstaan van Autosport. “Het weekend is natuurlijk pas net begonnen, maar ik denk dat we hier niet veel voor Mercedes hoeven onder te doen”, stelt de Australiër. “Er is uiteraard nog wel wat werk te doen op onze vrije vrijdag en daarna op zaterdagochtend, maar als alles naar wens verloopt, denk ik dat we het Mercedes moeilijk kunnen maken.”

“Als er één baan is waarop we een bedreiging kunnen vormen, dan is het dit circuit bovendien wel”, denkt Ricciardo, die constateert dat er ‘niet een specifieek baandeel is waarop de Mercedessen enorm veel sneller zijn’ en daar vertrouwen uit put.

Vettel
Ondanks een derde tijd in de tweede training, op een halve tel achterstand van Ferrari-coureur Fernando Alonso en een tiende achter Mercedes-man Hamilton, deelt Vettel het optimisme van Ricciardo niet echt.

“Mercedes blijft hier favoriet”, verklaart hij. “Ze waren in de ochtendtraining immers erg snel en we zien vaak dat ze op zaterdag bovendien nog iets extra’s weten te vinden in de kwalificatie”, haalt hij aan.

“Het is dus aan ons om overmorgen hetzelfde te doen. Ook ik denk dat we hier in potentie een betere kans maken doordat er niet echt rechte stukken zijn, maar ik vind het lastig om in te schatten hoe dicht we bij de Mercedessen in de buurt kunnen komen.”