Michael Schumacher heeft na een turbulente openingsfase zelf besloten een punt te zetten achter de Grand Prix van Australië. Zijn auto was te zwaar beschadigd om in veiligheid verder te racen.

Jaime Alguersuari reed in bocht drie tegen de achterkant van de bolide van Schumacher aan. De auto raakte daarbij beschadigd en tevens prikte de Spanjaard de band rechtsachter lek. Onderweg terug naar de pitstraat werd de schade alleen maar groter.

De zevenvoudig kampioen keerde na een pitstop nog wel terug op het circuit, maar had al snel in de gaten dat het een kansloze zaak was. “Ik wist bij de start een aantal plekken te winnen, maar in de eerste bocht werd het erg krap allemaal. Dat ging gelukkig nog goed”, vertelt Schumacher aan de BBC.

“Even verderop, in de derde bocht, was opnieuw sprake van grote drukte. Ik had al ingestuurd toen ik plotseling een tik van achteren voelde. Mijn band ging daardoor lek en dat zorgde voor een grote beschadiging aan mijn auto.”

“Daar komt nog eens bij dat ik er vrij zeker van ben dat ook mijn ophanging een opdonder kreeg. Het scheelde nogal of ik naar links of rechts moest sturen voor een bocht in de twintig ronden die ik reed. Dit was het risico niet waard en na overleg met het team besloot ik uit te vallen.”