Ondanks een overtuigende overwinning in Melbourne vindt Sebastian Vettel het te ver gaan om te spreken van dominantie. “Dat lijkt me te zwaar aangezet”, zegt hij.

De Red Bull-coureur toonde zich oppermachtig tijdens de Grand Prix van Australië door met grote overmacht poleposition te trainen en de race op zijn naam te schrijven. Lewis Hamilton kon slechts volgen, Mark Webber vormde ook totaal geen bedreiging.

“Ik hou er niet van om na de eerste Grand Prix van het seizoen te spreken van dominantie. De race verliep voor ons zeer naar wens, we hebben veel punten gescoord en – niet geheel onbelangrijk – plezier gemaakt, maar we blijven het stap voor stap bekijken”, vertelt Vettel aan de BBC.

“De auto was vanaf het eerste moment zeer snel en betrouwbaar bovendien. Het gaat nog spannend worden dit seizoen, daar ben ik van overtuigd. Het belangrijkste is dan ook om iedere race weer te finishen en op die manier veel punten te scoren.”

En dan te bedenken dat Red Bull nog niet eens gebruik maakt van KERS, dat minstens drie tienden per ronde oplevert. “Vraag dat maar aan Lewis”, antwoordt de Duitser. “Hij weet precies wat KERS waard is. Omdat we zonder rijden, moeten we dubbel zo hard werken en ervoor zorgen dat de auto over twee weken alweer is verbeterd.”

“We denken oplossingen te hebben die ons moeten helpen, soort van. Maar daar kunnen we niet op blijven vertrouwen. Als we op een bepaald vlak verbetering voor elkaar kunnen krijgen, moeten we dat zeker niet nalaten. De waarde van KERS is ons bekend. Ik hoef niemand voor te rekenen dat een kleine halve seconde per ronde gemeten over een complete race veel kan opleveren.”