Hoewel Jeroen Bleekemolen na de kwalificatie wel zeven of acht keer het woord baankennis gebruikte, ging het qua timing opnieuw mis in Zandvoort. Het onderstreepte de teleurstellende dag die hij beleefde.De eerste twee kwalificatiesessies (de snelste tijd telt) reed Bleekemolen twee keer de vijfde tijd, al bleef het een kwestie van achterom kijken in plaats van vooruit. Daarvoor was het verschil met de kop te groot. ,,Het was een moeilijke dag, waarop we net niet snel genoeg waren”, zei hij naderhand.

,,Doordat we de baan vooraf al goed kenden, hadden we vanmorgen nog een voordeel, maar zodra iedereen zijn ronden rijdt, verdwijnt dat. Ook waren de omstandigheden net niet wisselend genoeg, zodat de anderen steeds meer informatie verzamelden en onze voorsprong afnam.”

Ook al waren de omstandigheden net niet wisselend genoeg, ook voor Team Nederland was het moeilijk om telkens de juiste keuze te maken. ,,Nieuwe, ingereden of oude regenbanden, het werkte allemaal niet echt lekker. We hadden teveel problemen met de auto en het was niet puur aan één probleem, bijvoorbeeld onder- of overstuur, toe te schrijven.”

Aangezien Nederland voor de titel in de A1 Grand Prix gaat, noemde hij topvijf sowieso al teleurstellend en de minimale vereiste, ook in een slecht weekend. Om dat in de hoofdrace te bereiken zal hij nog flink aan de bak moeten vanaf de elfde startpositie.

Bleekemolen besloot op aanbevelen van het team vroeg in de vierde en laatste sessie naar buiten te gaan; er werd meer regen verwacht. Hoewel het wat motregende en zelfs nog spetterde toen hij zijn ronde reed, bleek dat achteraf toch het verkeerde besluit.

Even later stopte het weer met spetteren. ,,Het team dacht dat het nog zou gaan regenen. We weten hoe het hier werkt en toch gaan we opnieuw in de fout”, verwees hij naar een verkeerde bandenkeuze in de hoofdrace vorig jaar. ,,Jammer.”

Met de suggestie van FORMULE 1 RaceReport dat eerder op de middag via de online buienradar al duidelijk was dat de echte buien ten noorden van het circuit zouden blijven hangen, kon hij niet veel. ,,Het regende toch nog flink tijdens de kwalificatie, ook toen ik naar buiten reed”, luidde zijn verweer.

,,In dit soort omstandigheden moet je niet naar een buienradar kijken, maar iemand gebruiken die constant kijkt wat de wind en de wolken doen.” Wat hem betreft mag het morgen in ieder geval droog zijn. ,,Dan zijn we de eerste paar ronden misschien weer in het voordeel.”

KVN