Felipe Massa won de Grand Prix van Turkije, maar Fernando Alonso was de morele winnaar. De Spanjaard profiteerde optimaal van de safetycar-situatie en liep zo twee punten uit op Michael Schumacher. Twee punten die na de race in Brazilië de doorslag kunnen geven.

Bij de start verschalkte Alonso de zevenvoudig wereldkampioen al bijna, maar door op het allerlaatste moment te remmen wist Schumacher de tweede plek nog net vast te houden. Het zorgde wel voor een kettingreactie waar Alonso’s teamgenoot Giancarlo Fisichella het slachtoffer van werd.

Uiteindelijk pakte Alonso alsnog de tweede plek van Schumacher af. Dat deed hij in de pit, waar de Duitser moest wachten op de pitstop van Massa. Het kostte hem een seconde of acht, precies de marge die de Spanjaard goed moest maken. Vlak voor Schumacher reed hij weer de pit uit. ,,Die safetycar speelde niet bepaald in ons nadeel”, gaf hij eerlijk toe.

,,Daarna kon ik langzaam wat weglopen. Ik was wat lichter dan Michael tijdens de tweede stint en ook zag ik dat hij in bocht acht in de fout ging waardoor ik zomaar drie seconden won. Achteraf gezien heb ik daar de tweede plek mee gewonnen.”

Na Alonso’s pitstop zat de gang er toch goed in bij de Duitser, die vijf ronden later naar binnen kwam en daarmee nog de nodige seconden inliep. ,,Het was best close de laatste vijftien ronden, ik had een halve wagenlengte voorsprong op de finish. Maar ook zo’n kleine marge is genoeg. Aan de ene kant ben ik blij met de tweede plaats, maar ik had hier graag om de zege gevochten. We moeten ons duidelijk verbeteren.”

Het belangrijkste was dat Alonso de marge in het kampioenschap uitbreidde tot twaalf punten, met nog vier races te gaan. Was Schumacher toch nog voor hem over de finish gekomen, dan had hij er nu nog maar acht over gehad. Vier belangrijke punten dus. ,,Eerlijk gezegd heb ik nooit het gevoel gehad dat Michael me in zou halen. Ik speelde wat met de toeren van de motor, afhankelijk van de voorsprong die ik op Michael had. In de laatste bocht wilde ik gewoon geen risico meer nemen, daarom kon hij nog zo dichtbij komen.”

KVN