De FIA wil het technische reglement aanpasssen en meer onderdelen standaardiseren. Als de economie weer aantrekt, kan er weer meer technische vrijheid komen.Als het aan de FIA ligt geven autofabrikanten straks niet meer dan honderd miljoen euro per jaar uit, terwijl privé-teams met vijftig miljoen euro rond moeten kunnen komen.

Volgens een FIA-document, dat in handen is van de Financial Times, wil de FIA het technische reglement opsplitsen in twee takken. Er komt een zogenaamde ’competitieve’ paragraaf, dat onderdelen behelst die door teams zelf ontwikkeld mogen worden in het kader van technische vooruitgang. Hieronder valt in elk geval KERS, dat de komende jaren wordt uitgevent als voorbeeld van technische ontwikkelingen in de Formule 1 die ook in productieauto’s van toepassing zijn.

Daarnaast komt er een lijst met niet-competitieve onderdelen, die uiteindelijk zoveel mogelijk gestandaardiseerd worden. Wielen, remmen, versnellingsbakken en wielophangingsonderdelen krijgen daardoor een ontwikkelingsstop.

Deze regel maakt het mogelijk voor fabrikanten om een meer onderdelen beschikbaar te stellen voor teams die deze niet zelf willen ontwikkelen.

Technisch consultant Tony Purnell van de FIA denkt deze regel flexibel te kunnen toepassen naarmate de economische situatie verandert. ,,Als het straks financieel weer wat beter gaat kunnen we een aantal van die niet-competitieve onderdelen eventueel weer vrijgeven om de technische competitie weer wat vrijheid te geven.”

LP/MB