Met de snelheid zit het redelijk goed bij Williams, maar de betrouwbaarheid is het zwakke punt van de renstal. Dat heeft het team veel punten gekost en Mark Webber verschillende podiumplekken. Dus moet Sam Michael de hand in eigen boezem steken. Ook de Grand Prix van Monaco liep uit op een teleurstelling. Het was misschien wel de beste race van het seizoen voor Webber, die minstens een podiumplek zou scoren. Een breuk in de uitlaat leidde ertoe dat de kabels te heet werden en in brand vlogen. Teamgenoot Nico Rosberg werd getroffen door vrijwel hetzelfde probleem, waarna hij in de laatste bocht crashte omdat het gaspedaal bleef hangen.

Langzamerhand zorgen al deze uitvalbeurten voor steeds meer frustratie bij Webber. De Australiër kwam Williams begin 2005 versterken en de doelstelling was het winnen van races. Daar kwam vorig jaar niks van terecht, Williams beleefde een rampseizoen en kon totaal geen potten breken.

Dit jaar heeft het team de snelheid beter voor elkaar en lijkt de FW28 in combinatie met de Cosworth V8 voor de nodige verrassingen te kunnen zorgen. Tot grootse prestaties heeft het nog niet geleid, juist omdat de betrouwbaarheid niet in orde is.

,,Dat is echt onze achilleshiel”, vertelt technisch-directeur Sam Michael FORMULE 1 RaceReport-redacteur Adam Cooper. ,,Ik heb te doen met Mark, in Melbourne, Maleisië en Monaco was het telkens mogelijk om in de topdrie te finishen. In het kampioenschap had hij er veel beter voor kunnen staan. Hij kent een sterk seizoen, maar het team laat hem telkens in de steek. Het is onze taak om ervoor te zorgen dat dit niet meer gebeurt in de toekomst.”

Volgens Michael had Webber in Monaco voor een grote verrassing kunnen zorgen. Zelfs de blauwe vlaggen, waardoor hij tijd verloor op Fernando Alonso en Kimi Raikkonen, hadden niet fataal hoeven zijn. Velen denken misschien dat het podium daarna het maximaal haalbare was, maar Michael claimt dat de Williams-coureur de race zelfs nog had kunnen winnen. ,,Mark was de zwaarste topper en kwalificeerde zich desondanks tussen de Renault en de McLarens.”

,,Fernando en Kimi stopten voor ons, dus we wisten toen zeker dat Mark meer benzine aan boord had. Volgens onze berekeningen zou Fernando in ronde 52/53 stoppen en Kimi rond ronde 60. Daarom hebben we Mark benzine gegeven om minstens tot de 61e ronde door te gaan. Helaas hebben we niet kunnen zien wat er zou gebeuren. Mark zat klem achter Fisichella, omdat hij geen blauwe vlaggen kreeg. Anders had hij geen terrein verloren, zo sterk was hij.”

Totdat de uitlaat dus brak, want toen stond het team met lege handen. Wat volgens Michael wel erg positief valt te noemen, zijn de prestaties van de Bridgestone-banden. Dit moet het team helpen om in toekomstige races zachtere banden te kunnen gebruiken. ,,Samen met Bridgestone hebben we hard gewerkt om de banden zoveel mogelijk grip te laten genereren. Dat gaf echt de doorslag. Het verbaasde ons ook wel, want de laatste jaren had Bridgestone het niet altijd even makkelijk in Monaco. Dit geeft vertrouwen voor circuits als Montréal, Boedapest en de andere circuits waar je van de zachte compound gebruik moet maken.”

De kracht van de FW28 ligt niet op het aërodynamische vlak. Daarom liet Webber tijdens zijn wandeling terug naar de pit al meteen weten dat hij geen hoge verwachtingen van het weekend in Silverstone heeft. Een visie waarbij Michael zich aansluit.

,,We hebben wel vooruitgang geboekt, maar Renault, Ferrari en McLaren zijn denk ik net even te sterk. Dat zijn echt de drie sterkste teams. Kijk maar naar de prestaties en dan met name de rondetijden, want wij komen daar vlak achter. We zijn in feite het vierde team, maar door de problemen met de betrouwbaarheid blijkt dit niet uit de huidige wk-standen.”