Red Bull-teambaas Christian Horner kan zich totaal niet vinden in de manier waarop de FIA heeft vastgesteld dat de Renault-motor van zijn team redelijk gelijkwaardig is aan de motoren van Mercedes en Ferrari. Volgens Red Bull is dat ook helemaal niet zo.

Conform de vorig jaar door de FIA aangescherpte motorregels mag het verschil tussen in elk geval drie van de vier motorfabrikanten niet te groot zijn. Is dit wel zo, dan volgen er nivelleringsmaatregelen.

Het verschil in performance van de krachtbronnen mag volgens de FIA in een theoretisch scenario – waarbij de prestaties gesimuleerd worden zoals die onder bepaalde omstandigheden op het circuit van Barcelona zouden zijn – niet groter zijn dan drie tienden.

Daarbij wordt dan zoals gezegd naar slechts drie van de vier motorfabrikanten gekeken, waarbij in dit geval het op achterstand staande Honda afvalt en het dus om Renault, Mercedes en Ferrari gaat.

Uit test van de FIA – gebaseerd op data van de eerste drie Grands Prix van 2017 – is gebleken dat de Renault-motor binnen die marge van drie tienden zit en er wordt dus niet ingegrepen. Volgens Red Bull-teambaas Christian Horner is er echter van alles mis met de FIA-tests.

“Het probleem zit ‘m in de methodologie, want elk rondje dat een halve seconde sneller is dan dat van de rest, telt niet mee”, vertelt Horner aan Motorsport.com. “Realistisch gezien zou je naar het totaalbeeld moeten kijken, maar dat gebeurt dus niet.”

Het is volgens Horner een meetmethode die de FIA ‘goed uitkomt’: “Want het is duidelijk dat ze zich hier niet in willen mengen en dus interpreteren ze de data dusdanig.”

Horner en Marko (links) vinden de meetmethode van de FIA niet reëel.

Marko
Behalve Horner kan ook Red Bull-adviseur Helmut Marko zich totaal niet vinden in de conclusies van de FIA. “Ik wil niet zeggen dat de metingen niet kloppen, maar de tests staan compleet buiten de werkelijkheid. Het is een kunstmatige situatie”, zegt hij tegen het Duitse Sky.

“We hebben zelf uitgerekend dat we in de kwalificatie acht procent achter liggen en in de race wat minder, maar nog altijd minstens vier procent.”

“De realiteit van de sport is daarbij verder dat in een helft van de races de startopstelling bepalend is voor de uitslag. Als je in de kwalificatie power mist, maak je dat in de race niet goed.” Marko is dan ook duidelijk over wat er moet gebeuren: “Het moet gelijkgetrokken worden.”

Red Bull rijdt vooralsnog in een niemandsland rond, ruim achter Mercedes en Ferrari maar ook een aardig stuk voor de rest.

FIA
Volgens FIA-wedstrijdleider Charlie Whiting is een belangrijke kanttekening bij de tests, ondanks de kritiek van Red Bull, echter dat de motorfabrikanten allemaal hebben ingestemd met de methode.

“Je hebt het dan natuurlijk over de motorfabrikanten en niet over de teams, dus ik kan het begrijpen als mensen hierdoor verrast zijn, maar de motorfabrikanten hebben zelf uren om de tafel gezeten om tot deze complexe methode te komen.”

“We kunnen deze methode nu ook niet veranderen”, vervolgt Whiting. “We hanteren deze nu al een jaar, iedereen wist vooraf hoe we onze tests zouden doen, zo is het ook gebeurd, en dit is het resultaat.”

Volgens Whiting is het verder zo dat de regels niet zijn opgesteld ‘om iemand te helpen’. “Het was gewoon bedoeld als meetmethode om de nieuwe regels die we hadden ingevoerd te toetsen.”

Het schrappen van het token-systeem en ‘een aantal andere veranderingen’ zijn volgens Whiting genoeg om voor meer gelijkheid op motorisch vlak te zorgen. Dat gezegd hebbende heeft Whiting wel aangegeven dat de FIA de situatie de rest van het jaar in de gaten blijft houden.