De nieuwe specificatie motor die Renault naar Brazilië heeft gebracht, is geen verbetering ten opzichte van de vorige versie. Dat stelt Red Bull-coureur Daniel Ricciardo.

Ricciardo is de enige coureur van de Renault-teams die op Interlagos onderweg is met de nieuwe specificatie van de motor, waarvoor Renault maar liefst elf tokens heeft gebruikt. Het is voor Renault de eerste keer dit jaar dat het tokens heeft gebruikt om aanpassingen aan haar motor te maken, maar ondanks dat het er in één keer meer heeft ingewisseld dan Ferrari en Mercedes over het hele jaar, is de upgrade geen verbetering volgens Ricciardo.

“De nieuwe motor heeft ons niks opgeleverd, dus Renault moet terug naar de tekentafel”, verklaarde hij na afloop van de kwalificatie zelfs in gesprek met Autosport. “Ik heb nog niet nagekeken hoe het in Q3 zat, maar in Q1 en Q2 van de kwalificatie was ik op het rechte stuk langzamer dan mijn teamgenoot Daniil Kvyat, die met de oude motor reed”, stipte Ricciardo daarbij aan ter illustratie.

Volgens Ricciardo heeft het inzetten van de nieuwe motor hem mogelijk zelfs afgeremd, terwijl hij sowieso al een gridstraf van tien plekken moet inlossen vanwege het in gebruik nemen van de nieuwe krachtbron. Ricciardo, die zowel in Q2 als Q3 van de kwalificatie trager was dan Kvyat, begint de race daardoor niet als negende, maar negentiende.

Spijt van het in gebruik nemen van de nieuwe Renault heeft Ricciardo echter niet. “Want we moesten hem toch testen om te zien of het iets opleverde en de motor in het echt hetzelfde doet als op de testbank. Achteraf gezien hebben we echter een prijs moeten betalen voor een beetje extra kennis.”

Wat Ricciardo tot slot nog duidelijk maakte, is dat Renault haar werk beter moet gaan doen. “Als we volgend jaar met elkaar verder gaan, moet het echt beter. Misschien moet Renault een ander pad inslaan of wat dan ook, want het is hoog tijd dat we vooruitgang gaan maken op motorisch gebied. We hebben de afgelopen twee seizoenen samen met Renault immers veel over de motoren geleerd, maar het heeft ons amper vooruit gebracht.”