Caterham-coureurs eindigen in beide sessies achteraan
Daan de Geus
5 september 2014
Wie Caterham ook in haar auto’s zet, het lijkt op Monza vooralsnog niet uit te maken: de groene bolides van het Maleisisch-Engelse team eindigden in beide trainingen gebroederlijk achteraan.
Vaste waarde Marcus Ericsson mocht in beide sessies een CT05 de Italiaanse omloop rond sturen, terwijl de andere bolide in VT1 werd bestuurd door gelegenheidstestrijder Roberto Merhi, die tevens de beoogde opvolger is van de (tijdelijk?) teruggekeerde Kamui Kobayashi, die in de tweede training het stokje van Merhi overnam.
In de ochtendtraining was Merhi sneller dan hekkensluiter Ericsson, maar op P21 wel zes tienden trager dan de nummer twintig. Toch heeft de Spanjaard van de ervaring genoten. “Dit was een geweldige dag voor me. Toen ik de auto de garage uitstuurde, ging er een droom in vervulling”, zo geniet de doorgaans in de Formule Renault 3.5 uitkomende Merhi nog na.
Merhi kon al snel vol gas geven – ‘een fantastisch gevoel’ – en is tevreden over hetgeen hij heeft laten zien. “Dat ik zoveel ronden heb kunnen rijden zonder fouten te maken, was toch wel mijn hoogtepunt van de dag. Ik ben Caterham erg dankbaar voor deze kans”, zegt de coureur die zich volgens Caterham-teambaas Christijan Albers goed van zijn taak gekweten heeft.
Ericsson & Kobayashi
Voor de terugkerende Kobayashi – hij moest twee weken geleden de Grand Prix van België nog uitzitten – was het zijn eerste kennismaking met de verbeterde CT05 die Caterham toen de pitbox uitrolde. “Het was even wennen, want de auto voelde door de updates uit België wat anders dan voorheen, maar ik ben tevreden over hoe het ging”, geeft de Japanner te verstaan. Waar Kobayashi met name gelukkig mee was, is het feit dat hij in VT2 zijn programma kon afwerken en dat hij daarin – als snelste van de Caterham-coureurs – op P21 binnen een tiende van de met zijn Lotus worstelende Romain Grosjean zat. Ericsson was ook in de tweede sessie 22e en laatste, maar is – ondanks dat een remprobleem hem tijdens de ochtendtraining parten speelde – toch content. “Want ik denk wel dat we een goede basis hebben gelegd voor de rest van het weekend”, aldus de Zweed.
Voor de terugkerende Kobayashi – hij moest twee weken geleden de Grand Prix van België nog uitzitten – was het zijn eerste kennismaking met de verbeterde CT05 die Caterham toen de pitbox uitrolde. “Het was even wennen, want de auto voelde door de updates uit België wat anders dan voorheen, maar ik ben tevreden over hoe het ging”, geeft de Japanner te verstaan. Waar Kobayashi met name gelukkig mee was, is het feit dat hij in VT2 zijn programma kon afwerken en dat hij daarin – als snelste van de Caterham-coureurs – op P21 binnen een tiende van de met zijn Lotus worstelende Romain Grosjean zat. Ericsson was ook in de tweede sessie 22e en laatste, maar is – ondanks dat een remprobleem hem tijdens de ochtendtraining parten speelde – toch content. “Want ik denk wel dat we een goede basis hebben gelegd voor de rest van het weekend”, aldus de Zweed.
Gerelateerd nieuws