Ferrari, dat een vrij conventionele auto heeft ontworpen, maakt zich niet druk om de vernieuwende concepten waar sommige concurrenten mee op de proppen zijn gekomen.

Ferrari's nieuwe bolide, de F150, is uiterlijk gezien in veel opzichten minder baanbrekend dan bijvoorbeeld de Renault R31, de Red Bull RB7 of de Williams FW33.

De Renault valt bijvoorbeeld op omdat de uitlaten in de sidepods verstopt zitten, terwijl de achterzijdes van de Red Bull en de Williams aandacht trekken doordat deze een stuk 'gestroomlijnder' en dunner lijken dan voorheen.

Volgens Aldo Costa, de technisch directeur van Ferrari, is dit voor de Scuderia echter geen reden om te twijfelen aan het meer conservatieve eigen ontwerp: "De snelste auto is de auto die een goede balans heeft tussen aerodynamica, onderhuidse technologie en betrouwbaarheid", verkondigt hij ten overstaan van Autosport.

"Als je een ontwerp hebt dat op één vlak radicaal of vernieuwend is, kan het best zijn dat je daar op een ander gebied weer de prijs voor betaalt", denkt Costa, die bepleit dat een weloverwogen aanpak het beste werkt wat het ontwerp van een bolide betreft: "Dat is wat je nodig hebt als je een snelle auto wil bouwen die ook nog eens races kan winnen."

Costa voegt daar verder nog aan toe dat Ferrari, zoals men eerder al heeft aangekondigd, van plan is de F150 nog aanzienlijk te verbeteren voordat het seizoen op vrijdag elf maart in Bahrein van start gaat. "Onderhuids zal er niet heel veel meer veranderen, maar qua aerodynamica blijven we de auto constant doorontwikkelen."

"We blijven dus hard werken om de auto beter te maken. We zoeken de grens op, maar het is voor ons belangrijker om op een manier te werken die effect sorteert, dan zomaar radicale dingen uit te proberen."

"Aan het eind van de dag zijn het namelijk de rondetijden die aantonen wie er gelijk heeft", weet Costa. "We zullen dus nog wel zien wie het bij het juiste eind heeft."