Force India’s adjunct teambaas Robert Fernley denkt dat het team uit Silverstone in 2016 misschien kan wedijveren met Williams. “We beschikken over de middelen om de volgende stap te zetten.”

Force India heeft zich inmiddels verzekerd van de vijfde plaats in het constructeurskampioenschap van 2015. Het is, de Jordan-jaren niet meegerekend, de beste eindklassering uit de geschiedenis van het team. “Het laat ook zien dat we echt een stap vooruit hebben gezet”, vertelt Fernley aan Formule 1-verslaggever Adam Cooper, waarbij hij aangeeft dat de formatie voor volgend jaar op meer mikt en volgens hem al het benodigde in huis heeft.

“We beschikken over de beste krachtbron in de sport, dus op dat vlak zit het goed. Qua chassis hoort onze auto verder bij de beste vier á vijf, denk ik. Natuurlijk is er een volgende stap nodig om de topvier binnen te dringen, maar we beschikken inmiddels over de middelen die daarvoor nodig zijn.”

Volgens Fernley is het nu dan ook tijd om te overwegen Williams in het vizier te nemen. “We moeten afwegen of we met ze kunnen wedijveren. Williams is immers een team dat over een vergelijkbaar budget en grotendeels gelijkwaardige middelen beschikt, al lopen ze wat op ons voor omdat ze de afgelopen jaren veel geïnvesteerd hebben.”

“Het mag echter duidelijk zijn dat we op ze willen inlopen, net zoals we in de tweede helft van dit seizoen al hebben gedaan”, verklaart de topman van de renstal die vijfde staat met 120 punten, terwijl Williams derde is met een score van 253.

Wat Force India in 2016 moet helpen, is dat het op extra prijzengeld kan rekenen na haar sterke 2015 en het inmiddels ‘de vruchten begint te plukken’ van het verhuizen van haar aerodynamische test- en ontwikkelingswerk naar de Toyota-windtunnel in Keulen. Een mogelijke commerciële deal met Aston Martin zou het team een verdere impuls kunnen geven, maar Fernley benadrukt dat Aston Martins en Force India’s aandeelhouders daar nog een beslissing over moeten nemen.