Red Bull-teambaas Christian Horner denkt dat zijn team competitiever zou zijn als het een motor had die in kwalificatie-trim iets meer performance zou hebben in Q3.

Het is geen geheim dat rivalen Ferrari en (vooral) Mercedes hun krachtbronnen aardig kunnen opschroeven in Q3, het beslissende deel van de kwalificatie. De Renault-motor achterin de Red Bulls is daar veel meer in beperkt en zo verliest het puur op vermogen altijd een stapje in Q3.

“Afgelopen weekend in Hongarije was dat duidelijk te zien. Max Verstappen was, op korte afstand, tweede in Q1 en derde in Q2, maar dan kom je in Q3 en mis je gewoon dat beetje extra dat onze rivalen wel hebben”, vertelt Horner aan Autosport.

Red Bull-teambaas Horner.

Volgens Horner is dat jammer, omdat Red Bulls RB13 “sterker en sterker” wordt qua race pace. “In Hongarije waren we ook zeer competitief”, doelt hij op hoe Verstappen daar maar dertien seconden achter winnaar Sebastian Vettel finishte, al had Vettel wel een stuurprobleem dat hem afremde.

Vooruitblikkend voorspelt Horner dat Red Bull in België, op Spa, het vanwege de motorsituatie lastig zal krijgen in de kwalificatie. “Ik verwacht dat we daar dan vijfde en zesde op de grid staan, maar zondag in de race wel sneller dan dat zullen zijn.”

“Het gunstige aan Spa is dat je daar dan in ieder geval nog wel inhaalmogelijkheden hebt”, houdt Horner vertrouwen in Red Bulls relatief sterkere race pace, al weet hij dat het team de races in zekere zin op achterstand ingaat zolang Renault niets extra’s weet te vinden voor in Q3.

Of er dit jaar nog verbeteringen verwacht kunnen worden op dat vlak, met Renault dat de nadruk qua grote updates al openlijk op 2018 heeft gelegd, durft Horner niet te zeggen. “Dat zou je aan onze motorleverancier moeten vragen.”