Red Bulls Daniel Ricciardo was tijdens de vrije trainingen op Spa met een andere afstelling onderweg dan teamgenoot Max Verstappen. Een onverdeeld succes was dat niet.

Ricciardo reed met een “agressieve set-up” met weinig downforce, zo vertelt hij SpeedWeek. “Daardoor had ik een hoge topsnelheid, maar verloor ik tijd in de bochten. Te veel tijd”, concludeert de coureur die zowel in VT1 als VT2 trager was dan Verstappen.

“In de eerste en de derde sector voelde de auto super aan”, verwijst hij naar het snelle eerste deel, met het snelle Eau Rouge en Kemmel Straight, en deel drie met de vol gas Blanchimont-bocht. “In de tweede sector was het echter net een Formule 3-auto en waren we gewoon niet goed genoeg.”

In VT1 bleef het gat beperkt tot vijf honderdsten, maar in de tweede training was het bijna een seconde. Dat kwam ook omdat Ricciardo eerder in de sessie een probleem met zijn auto had en daarna geen foutloze rondjes reed: “Maar we moeten qua set-up sowieso een compromis vinden”, stelt hij.

“Als dat niet lukt, zal ik naar Max’ afstelling moeten kijken”, weet de Australiër, die er vanuit gaat zaterdag sowieso “een stuk competitiever” te zijn, omdat hij dan hoe dan ook voor een andere of minder radicale set-up gaat.

“Als je naar de tijdenlijst kijkt, zie je dat de top vijf binnen vier á vijf tienden zit. Dat betekent dat er veel mogelijkheden liggen.” Zich binnen die halve tel in de strijd mengen, zou een goede prestatie zijn, meent Ricciardo.

Ricciardo probeerde het op het eind in de regen nog op intermediates, maar het was toen al te nat.