Marcus Ericsson begon de ‘echte’ race als laatste na een spin achter de safety car, maar wist zich toch weer op te werken naar de zeventiende plek dankzij in zijn eigen ogen geweldige race.

Ericsson stond ook al zeventiende op de grid, maar de race begon achter de safety car en door aquaplanning spinde de Zweed tijdens de neutralisatie en moest hij als laatste aansluiten. Toen de race daarna in ronde tien daadwerkelijk los ging, wist hij een goed tempo te vinden, vertelt de Caterham-coureur.

“Het was teleurstellend dat ik door de spin mijn goede uitgangspositie verloor, maar daarna reed ik volgens mij een geweldige race. Ik wist de jongens die door mijn spin voor me terecht waren gekomen één-voor-één in te halen en kon daarna zelfs de strijd aanbinden met coureurs die normaal gesproken een stuk voor ons rijden”, vertelt Ericsson.

“Ik denk dat we als team dan ook zeker tevreden mogen zijn over de snelheid die we aan de dag hebben weten te leggen, ook al was het resultaat juist gezien deze snelheid tegenvallend”, aldus de coureur die ‘al met al toch positief terugkijkt op de race’ en verder vooral hoopt dat het goed gaat met zijn achterhoede-rivaal Jules Bianchi, die zwaar crashte en naar het ziekenhuis is vervoerd.

Kobayashi
Teamgenoot Kamui Kobayashi spreekt ook woorden van steun uit richting Bianchi, alvorens te concluderen dat zijn thuisrace geen succes voor hem was. “Ik wist de snelheid gewoonweg niet te vinden. Jammer dat het voor eigen publiek niet zo uitpakte als gehoopt, al was het wel geweldig zoveel van mijn fans op de tribunes te zien. Ik ben ze dankbaar voor hun steun”, besluit de nummer negentien.