Oud-Formule 1-coureur Dan Gurney is op 86-jarige leeftijd overleden. De Amerikaan won races in zowel de Formule 1, Indycar als NASCAR, terwijl hij ook de 24 Uur van Le Mans won.

Gurney overleed aan een longontsteking, in Californië, waar hij als tiener naartoe verhuisde naar geboren te zijn in New York, in 1931. Zijn eerste serieuze race was de Riverside Grand Prix van 1957, een sportscar-wedstrijd waarin hij als tweede finishte.

Gurney volgde dat op met de trek naar Le Mans in 1958, met een bolide van North American Racing Team – Ferrari. Gurney haalde de finish niet, maar had indruk gemaakt. Een jaar later debuteerde hij in de Formule 1, voor Ferrari. Hij haalde podiumplekken in Duitsland en Portugal.

Gurney in de Eagle van AAR op Monza.

Na een minder succesvol jaar met BRM, reed Gurney twee jaar voor Porsche, waarbij hij in 1962 zijn eerste Grand Prix won, die van Frankrijk. In de jaren daarna, tot en met 1970, reed Gurney voor Brabham, Anglo American Racers en McLaren.

Gurney verzamelde in die tijd nog drie zeges, wat zijn totaal op vier bracht. Zijn meest bijzondere was misschien wel die in de Grote Prijs van België van 1967, voor het Anglo American Racers-team dat hij mede had opgericht, met een door het team ontwikkeld chassis: de Eagle T1G.

Behalve in de Formule 1, bleef Gurney ook in andere klassen rijden. Zo won hij races in de Can-Am, USAC (de voorganger van CART, wat nu Indycar is, red.) en NASCAR. Hij finishte ook twee keer als tweede in de Indy 500. Daarnaast won Gurney de 24 Uur van Le Mans in 1967.

Na de zege in Le Mans, werd Gurney de eerste coureur die op het podium champagne spoot, een traditie die nu nog stand houdt. Nadat hij eind 1970 stopte met racen – een eenmalig NASCAR-optreden in 1980 uitgesloten – richtte hij zich op het runnen van AAR in Indycar en sportscars. Gurney ging in 2011 met pensioen.

Gurney in 1964 in Monaco, met Brabham.