Lotus kon op de Italiaanse snelheidstempel weinig potten breken. Voor Kimi Räikkönen was de vijfde plaats het maximaal haalbare, terwijl Jérôme D’ambrosio een moeizaam debuut meemaakte.

Geheel zoals je van Kimi Räikkönen mag verwachten, zal je hem niet horen juichen na een vijfde plaats. “Het is mooi dat ik nu de derde plaats in het kampioenschap inneem, maar we verliezen punten ten opzichte van Alonso, dus dat is niet ideaal.”

“We waren het hele weekend te langzaam op de rechte stukken. Daarom was het moeilijk om de concurrenten achter ons te laten, laat staan om anderen in te halen, zelfs met het gebruik van DRS. We gingen voor één pitstop en de banden deden het prima. We gingen voor een zesde, zevende plaats, dus dan is de vijfde plaats wellicht het maximaal haalbare geweest”, aldus de Fin.

Jérôme D’ambrosio ondervond bij zijn racedebuut voor Lotus hinder van een falend KERS-systeem. “Na zes ronden verloor ik mijn KERS-systeem en aangezien dat hier in Monza een halve seconde waard is, was mijn race zo goed als over.”

De Belg kon zodoende niet profiteren van zijn eenmalige kans en zijn goede start. “Ik was goed weg en kon direct het gevecht aangaan met Ricciardo en Rosberg. Maar zonder KERS was ik nergens. Mijn laatste stint op de zachte banden was goed, dus zonder die problemen had er misschien meer in gezeten. Ik ben gefinisht en dat was het voornaamste doel. Ik heb veel geleerd dit weekend.”