Met een lichte jetlag (‘ik heb gisteravond niet zo lekker geslapen’) en na een sponsorevenement in Tokio arriveerde Max Verstappen donderdagochtend in Suzuka, waar hij de afgelopen twee seizoenen als tweede finishte bij de Japanse GP. De kans dat hij zondag andermaal op het podium belandt, schat hij vooraf niet hoog in. “Realistisch gezien is een vijfde plaats het maximale.”

Net zoals de meeste coureurs is Verstappen fan van het Suzuka Circuit en Japan. “Ik vind Tokio heel leuk”, zegt hij. “Daar zou ik wel een tijdje kunnen verblijven. De mensen in Japan zijn netjes, wachten keurig op hun beurt en zijn behulpzaam. Dit is een heel andere cultuur, leuk om te zien.” Ook de baan waar hij vier jaar geleden, net 17 jaar oud, zijn eerste trainingskilometers in de Formule 1 reed, heeft bij hem als liefhebber een speciale plek. “Het is een mooi, vloeiend circuit”, meent Verstappen. “Vooral de eerste sector. Daar gaat het in de kwalificatie enorm hard.”

Verstappen en Ricciardo eerder deze week bij een sponsorevenement in Tokio.

Toch verwacht hij zaterdag in de tijdstraining wederom tekort te zullen komen op Mercedes en Ferrari, de trendsetters van 2018. Puur door gebrek aan vermogen, een kwaal die Red Bull met klantenmotoren van Renault al sinds de invoering van het hybridetijdperk teistert. “Daar ben ik wel bang voor”, bekent Verstappen. “Realistisch gezien is een vijfde plaats het maximale. Als je op die positie start is het in de race treintje rijden: je komt er gewoon niet voorbij.”

Volgend jaar, zo hoopt Verstappen, zal het verschil in vermogen met Ferrari en Mercedes waarschijnlijk minder groot zijn. De overstap van Renault naar Honda moet Red Bull het laatste zetje geven om het gat met de beide aartsrivalen te dichten. De Japanse fabrikant is er volgens hem alles aan gelegen een succes te maken van de collaboratie. Verstappen put er met het oog op de nabije toekomst veel vertrouwen uit.

“Dat is gebaseerd op vermogen en data”, stelt hij zonder een waardeoordeel over Renault (‘ik heb geen zin in afzeiken’) uit te spreken. “Het personeel van Honda is enorm gemotiveerd, geld is daarnaast geen probleem. En zo moet het ook als je wilt winnen. Ik krijg daar energie van, absoluut. Ik ben hier niet om voor de vijfde plek te rijden.”