Het gebrek aan tussentijdse testmogelijkheden vormt een groot obstakel voor het geplaagde McLaren – Honda. Dat impliceert Fernando Alonso in gesprek met ESPNF1.com.

Sinds het begin van seizoen 2009 gelden er serieuze testrestricties in de Formule 1, waardoor het teams is verboden om zelf vrijelijk te testen. Sindsdien mogen ze namelijk alleen maar testen gedurende een beperkt aantal van te voren ingeroosterde gezamenlijke (winter)tests.

Dit jaar stonden er drie wintertests op het programma, wat de teams in totaal twaalf testdagen gaf. Daarna volgden er nog twee tussentijdse tests van twee dagen elk, hetgeen volgens Alonso te weinig is om teams die op achterstand staan – zoals McLaren – in staat te stellen zich serieus te verbeteren.

“Vroeger mochten we vrij testen en de auto verbeteren, dus als je dan aan het begin van het jaar niet competitief was, kon je concreet aan de slag om dat op te lossen en het seizoen mogelijk alsnog op competitieve wijze afsluiten”, memoreert Alonso.

“Nu is het zo dat Mercedes alle races wint, terwijl Manor elke zondag als laatste finisht. Het is namelijk praktisch onmogelijk geworden je aanzienlijk te verbeteren”, stelt de tweevoudig wereldkampioen, die in 2015 pas elf punten heeft gescoord voor het vooral door motorproblemen geplaagde McLaren.

Volgens Alonso is het bij de eerste test nu ‘alsof je een muntje opgooit voor de rest van het seizoen’. “Als je auto bij de eerste test goed blijkt, ga je een mooi seizoen tegemoet. Maar als je bolide het daar niet best doet, wacht je een slecht jaar.”

McLaren heeft zich sinds de start van het seizoen overigens wel enigszins herpakt. Na in de openingsraces steevast in Q1 te worden uitgeschakeld en in de races maar wat mee te hobbelen, haalt het – afhankelijk van het circuit – inmiddels geregeld Q2 en heeft het zeventien punten gescoord.