Op weg naar het circuit voelde ik me vanochtend in tram 96 naar St Kilda Beach een haring in een veel te kleine en volle ton. Het was vrijdagochtend kwart over tien, maar het openbaar vervoersnetwerk van Melbourne kon de grote stroom mensen richting Albert Park al niet meer aan. Dat belooft wat voor het weekeinde.

Het zijn slechts veertien haltes en er staat net 20 minuten reistijd voor. Het tramritje vanuit het hart van de stad naar gate 1 op het circuit (uitstappen bij Middle Park) is normaal gesproken heel aangenaam. Het toont de diversiteit en het glinsterende groen van Melbourne in volle glorie. Zeker als het 24 graden is en de zon fier aan de blauwe hemel straalt. Je zou zo naar de swingende metropool willen verhuizen.

Met 3000 mensen opeengestapeld in een tram en de doordringende geur van zweet ziet de wereld er op het eerste oog minder stralend uit. Maar niet in Melbourne. Zoveel vriendelijkheid en vrolijkheid kom je bijna nergens anders ter wereld tegen. De mensen zijn galant, schuiven zonder problemen nóg meer in om nóg meer mensen in de tram te krijgen. Australiërs zijn een rauw volk, houden van een stevige borrel en zijn luid, maar gebrek aan sociaal gevoel of empathie kun je ze niet ontzeggen.

Sportmaf
Vaders met zoon en/of dochter, uitgedost in een shirt van hun favoriete raceteam of coureur maken er bij de Grand Prix gewoon een gezellige dag van. De natie is sportmaf, sport is er cultuur. En atleten hebben er aanzien. Voor rivaliteit of excessen is geen ruimte, zo merkte ik donderdagavond bij de opening van het Australian footballseizoen (Aussie Rules) in het mooiste stadion ter wereld, de Melbourne Cricket Ground.

Het was rust, veel fans gingen naar buiten om een sigaret te roken, bier te drinken of een snack te kopen. Kinderen gooiden op het gras een balletje over. De fans van Richmond en Carlton zaten in harmonie, met een biertje in de hand en een lach de partij te evalueren. Ondenkbaar in Nederland, zo dacht ik meteen, bij een voetbalwedstrijd tussen Ajax en Feyenoord. Daar worden fans van de uitspelende ploeg uit voorzorg gewoon geweerd.

Ik ga morgenavond, denk ik, misschien wel weer naar Aussie Rules. Alleen van het pauzenummer word ik al heel vrolijk.