De teams hebben nieuwe afspraken gemaakt over de regels voor 2017, waarbij de auto’s drie seconden per ronde sneller moeten worden. De definitieve vaststelling is echter wederom uitgesteld.

Tijdens de bijeenkomst van de Formule 1-werkgroep in Genève, waarbij Jean Todt, Bernie Ecclestone en vertegenwoordigers van alle teams en andere betrokken partijen aanwezig waren, werden twee voorstellen voorgelegd. Red Bull diende een plan in om de auto’s vijf tot zes seconden sneller te maken, maar McLaren stelde een compromis voor om een minder grote sprong te maken.

Dit moet er vooral voor zorgen dat Pirelli niet voor een te grote opgave komt te staan om banden te maken die veel hogere snelheden te verwerken krijgen dan momenteel het geval is. Autosport.com meldt dat twintig van de 26 stemgerechtigden voor het voorstel van McLaren waren, drie tegen en drie zich van stemmen onthielden.

De exacte regels hadden eigenlijk aan het eind van februari moeten worden vastgesteld, maar er is nu uitstel verleend tot 30 april. De teams moeten dan ook een testschema hebben opgesteld, met specifieke doelstellingen gedurende het seizoen, om er zeker van te zijn dat er veilige banden worden ontwikkeld voor 2017.

Bovendien moeten op 30 april de definitieve motorregels worden goedgekeurd. De huidige leveranciers Mercedes, Ferrari, Renault en Honda kwamen afgelopen maand overeen dat er vanaf 2018 een maximumprijs van 12 miljoen euro per seizoen wordt gehanteerd. Tot die tijd zouden de kosten met een 1 miljoen euro per seizoen worden verlaagd ten opzichte van de huidige tarieven.

Het ziet er daarnaast naar uit dat coureurs het vanaf 2019 met één motor minder per seizoen moeten doen. Nu geldt een maximum van vier voor een seizoen met twintig of minder races en vijf voor seizoenen met 21 of meer races, zoals dit jaar het geval is. Een voorstel om een hoger brandstofverbruik tijdens de races toe te staan, werd afgewezen.