Toen Rubens Barrichello gisteren in Brazilië aan zijn uitloopronde bezig was en naar zijn thuispubliek zwaaide, werd het hem nogmaals duidelijk dat hij er niet klaar voor is te stoppen als Formule 1-coureur. Nog één jaar lang wil hij in een competitieve auto laten zien wat hij kan.

Barrichello eindigde in zijn thuisland als veertiende, in wat misschien wel zijn laatste race was. Als het aan hemzelf ligt, is dat het echter niet. De 39-jarige coureur wil er namelijk graag nog een twintigste seizoen in de koningsklasse aan vast pakken en is dus hard aan het werk om dat voor elkaar te krijgen.

“Tijdens mijn uitloopronde had ik mijn fans vaarwel kunnen zeggen door donuts the draaien, maar ik heb het bij zwaaien en het laten grommen van mijn motor gelaten, want ik wil nog geen afscheid nemen en kon het me met oog op volgend jaar dus ook niet veroorloven straf te krijgen voor het draaien van donuts”, vertelt hij aan Autosport.

Barrichello heeft al eerder aangegeven dat hij het in zijn ogen verdient om volgend seizoen weer op de grid te staan. De Braziliaan is bereid daar offers voor te maken: “Ik wil alles wel opgeven om ervoor te zorgen dat ik mijn passie kan blijven najagen en kan blijven racen. Ik hoef geen geld. Aan een competitieve auto heb ik genoeg.”

“Aan meer heb ik echt geen behoefte”, benadrukt Barrichello. “Ik wil namelijk niet blijven meedoen omwille van het meedoen, ik wil een auto waar ik iets mee kan bereiken.”

Aan poespas tijdens de onderhandelingen en lastige constructies heeft Barrichello op dit moment dus een broertje dood. Zijn boodschap aan de teambazen die nog aantrekkelijke zitjes in de aanbieding hebben is dan ook duidelijk: “Geef me gewoon een stuk papier met je handtekening erop, en ik teken op het lijntje waar mijn handtekening hoort, zodat ik gelijk daarna aan de slag kan gaan.”