Mercedes deed het in Australië minder goed dan op basis van de laatste testdagen werd verwacht. Volgens Ross Brawn is het een kwestie van de juiste afstelling vinden.

Mercedes leek aanvankelijk de plank te hebben misgeslagen met de MGP W02. In de eerste tests kwam de renstal er nauwelijks aan te pas. Met een serie updates wist het team echter het tij te keren en zat het er tijdens de laatste wintertest in Barcelona weer goed bij.

“De auto was daar erg goed, terwijl we normaal gesproken nooit uitblinken in Barcelona”, zegt teambaas Ross Brawn. “Michael Schumacher was erg gelukkig op de laatste dag. We hebben Nico Rosberg ook nog een paar uurtjes laten rijden en hij zei dat het veel beter aanvoelde. We gingen dus met veel zelfvertrouwen naar Australië.”

In de kwalificatie strandde Schumacher echter al in Q2 en kwam Rosberg niet verder dan een zevende plaats. De race was al even teleurstellend, beide coureurs vielen uit in de eerste helft van de race na aanvaringen met andere coureurs.

“Het was een rommelig weekend”, erkent Brawn. “Het is teleurstellend dat we het niet beter hebben kunnen doen. De auto bleek niet constant genoeg, zodat de rijders nooit wisten waar ze aan toe waren.”

Brawn geeft als mogelijke verklaring dat het team te weinig aandacht heeft besteed aan de afstelling van de auto. “We hebben veel interessante systemen op de auto tegenwoordig, die we allemaal aan de praat moeten houden. Daarom hebben we minder kunnen werken aan het vinden van de juiste balans en set-up.”

Volgens de Brit is Mercedes tot meer in staat dan het in Australië heeft laten zien. “We hebben een reeks updates in de pijplijn. Maar het belangrijkste is dat we ons richten op we al hebben. De juiste ingrediënten zijn aanwezig, maar we moeten nog de goede mix vinden, zodat we veel sterker voor de dag kunnen komen.”