De grote crash die Romain Grosjean zondag meemaakte tijdens de Grand Prix van Rusland werd niet veroorzaakt door een mechanisch defect aan zijn auto. Dat zegt technisch directeur Nick Chester van Lotus.

“We hebben de data en onderdelen van de wagen bestudeerd, en niets wijst erop dat er iets stuk is gegaan”, vertelt Chester. “Het is altijd lastig om definitieve conclusies te trekken als je een ongeluk onderzoekt, maar het lijkt erop alsof Roman wat te dicht achter zijn voorligger reed, waardoor hij downforce verloor.”

Grosjean achtervolgde de McLaren van Jenson Button, toen in de snelle doordraaier van bocht drie de achterkant van zijn Lotus uitbrak. De Fransman corrigeerde, kwam op het vuil, en gleed met een grote klap zijwaarts de stootkussens in. Van zijn auto bleef weinig over.

Gebroken stoel

Wat heet – zelf zijn stoeltje was gebroken, vertelt Grosjean. “Het was mijn grootste crash in een hele poos. Toen ik wist dat ik de muur ging raken haalde ik mijn handen van het stuur, sloot ik mijn ogen en zette ik me schrap.”

Gelukkig kon de Lotus-coureur ongedeerd uitstappen. “Ik voel me best goed, zeker als je nagaat was een klap het was”, zegt hij bijna een week na dato. “Je ziet maar weer hoe veilig de auto’s en de circuits zijn geworden. En ik moet mijn team, dat de auto weer helemaal in elkaar geeft gezet, ook hartelijk bedanken.”