Romain Grosjean hangt ontspannen onderuit in Haas’ teamonderkomen in Duitsland, lachend pratend met teambaas Günther Steiner. Het gaat niet over Formule 1, maar voetbal. De WK-finale, gewonnen door zijn thuisland Frankrijk.

Tijdens het WK hing Grosjean ook onderuit. Thuis, vertelt hij. “Iedereen feliciteert me met de gewonnen WK-finale, maar ik heb niks gedaan. Ja, op de bank gezeten, en ik heb het juiste paspoort. Ik heb er zelfs twee, dus ik had dubbel kans”, lacht de in het Zwitserse Genève geboren coureur.

Genève, Grosjean werkte er zelfs in zijn begindagen als Formule 1-coureur (in 2009 bij Renault) nog bij een bank. Als voormalig bankmedewerker weet hij – of moet hij weten – dat de balans er niet best uitziet voor hem dit jaar: tien races, één keer in de punten. Een knappe vierde plek, dat wel, maar er staat voor Grosjean ook een reeks crashes en botsingen tegenover. Terwijl teamgenoot Kevin Magnussen maar punten naar de spreekwoordelijke bank is blijven brengen: zes keer maar liefst, 39 in totaal tegenover de 12 van Grosjean. Het enige wat bij Grosjean hoger uitslaat, is de reparatierekening.

Teambaas Steiner noemde het verloop van Grosjeans seizoen laatst al frustrerend. Een teken aan de wand? Door Haas’ explosieve groei qua punten en prestaties dit jaar, weet Grosjean dat zijn zitje wel eens in demand kan zijn (“er kloppen vast mensen bij het team aan”) maar zich zorgen maken het te verliezen, doet hij nog niet. “Ik wil eerst deze twee races doen, dan kunnen we er de hele zomervakantie op het strand over nadenken”, zegt hij over de rijdersmarkt.

Ondanks ‘niet de beste’ eerste seizoenshelft te hebben gehad en zijn misschien wel negatieve balans, denkt Grosjean ook nog niet in het rood te staan bij Haas: “Het gaat om meer dan alleen deze afgelopen races”, doelt hij op hoe hij de vorige twee seizoenen van meerwaarde is geweest voor Haas, en dat weer denkt te kunnen zijn.

Uiteindelijk geldt de zo bekende financiële bijsluiter echter ook in de sport: in het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Als voormalig bankmedewerker zal Grosjean dat ook zeker weten.