Ferrari’s weinig in het oog springende prestaties in de eerste twee races zijn niet als een verrassing gekomen voor teambaas Stefano Domenicali. Aan de coureurs ligt het echter niet, weet hij, dus de auto zal verbeterd moeten worden.

“Het was na de wintertests al duidelijk dat Mercedes op voorsprong staat, met daar achter een aantal teams die niet veel voor elkaar onderdoen, dus de uitslagen van de Grands Prix van Australië en Maleisië kwamen niet als een verrassing voor ons”, vertelt Domenicali – wiens team na twee races een vierde plek als beste resultaat heeft en derde staat bij de constructeurs – aan Formula1.com.

Wat ook evident is, zo erkent Domenicali, is dat de Ferrari F14 T nog niet goed genoeg is. Over wat er beter moet, kan hij duidelijk zijn: “Alles”. Maar, zo benadrukt de Italiaan: “Het gaat ook zeker niet zo slecht dat we een totaal nieuwe auto nodig hebben, en voor paniek en teleurstelling is het ook veel te vroeg.”

“Ik weet namelijk zeker dat we als team, door de veranderingen die we hebben doorgevoerd, sterker zijn dan voorheen, en het dus een kwestie van tijd is voor het beter zal gaan. We zijn op de juiste weg en moeten gewoon kalm doorgaan met waar we mee bezig zijn.”

Alonso en Räikkönen
Waar volgens Domenicali hoe dan ook niets mis mee is, is Ferrari’s rijdersduo, bestaande uit Fernando Alonso en Kimi Räikkönen. “Kimi heeft wat tijd nodig om de auto naar wens te krijgen, maar het gaat al steeds beter, terwijl Fernando gelijk weer razendsnel was. Aan deze twee ligt het echt niet.”

“Mijn enige zorg, als je het zo wil noemen, om Fernando en Kimi is dat wij ervoor moeten zorgen dat ze zo snel mogelijk de best mogelijke auto tot hun beschikking hebben”, zegt Domenicali, die aangeeft dat de doorontwikkeling van de F14 T geleidelijk zal geschieden: “Het is niet zo dat we op een bepaald moment ‘in de aanval’ zullen gaan en er is ook niet één bepaald aspect dat verbeterd moet worden. We moeten de auto gewoon over de hele lijn beter maken.”