Liberty Media, de nieuwe Amerikaanse eigenaar van de Formule 1, heeft nog wel wat werk aan de winkel om de sport ook in de Verenigde Staten te laten floreren. Austin is dan weliswaar een hit, voor de doorsnee Amerikaan blijft het een ver-van-mijn-bed-show.

De vlucht van Atlanta naar Austin zit helemaal vol. Niet zozeer vanwege de Grand Prix, maar er is ook een conferentie over papierverwerking. Veel bekenden uit dat vakgebied komen elkaar tegen. “Jullie lijken wel sardientjes”, merkt een vrouw in het gangpad op tegen collega’s die al hebben plaatsgenomen. Ze zijn duidelijk nog nooit in Europa op reis geweest, want zo krap is het in dit toestel toch echt niet. Het is wel een ouder model, dus nog zonder televisieschermen in de rugleuningen. “Dat is lang geleden”, merkt de man verderop in mijn rij op.

Derhalve moet hij op zoek naar een andere manier om de tijd door te komen. En dus knoopt hij een gesprek aan met de man naast hem. Al snel weet ik meer over zijn leven en vooral zijn werk dan dat van mijn naaste familie. Hij zit niet in de papierindustrie, maar levert koptelefoons en bijbehorende systemen voor diverse bedrijven, waaronder raceteams. Vol trots vertelt hij over al zijn unieke kwaliteiten. Hij is dichtbij zijn doel om dit jaar een zescijferig inkomen te vergaren en vindt al snel een haakje om ook bij het bedrijf van zijn buurman, wel uit de papierindustrie, binnen te kunnen komen.

Het doel van zijn reis is om te kijken of hij de koptelefoons ook in de Formule 1 kan slijten. Een nieuwe wereld voor hem, ondanks zijn jarenlange ervaringen bij NASCAR. De medepassagier, die alles gedwee aanhoort en af en toe knikt of uit beleefdheid iets terugzegt, verbaast zich over de enorme budgetten in de Formule 1. Hij volgt de sport zelf niet, maar kent wel iemand die er fan van is. Hoeveel coureurs er meedoen en hoeveel races er zijn, of zelfs op welke dag er wordt gereden, blijkt zeker geen basiskennis. Hij had er ook geen rekening mee gehouden dat de Grand Prix dit weekend in Austin was en maakt zich zorgen over drukte in de stad en op de weg terug. Tot zijn opluchting blijkt de race op zondag en dat Taylor Swift op zaterdag al optreedt, komt hem ook niet verkeerd uit.

De koptelefoonverkoper haalt alles uit de kast om zijn kennis over de autosport te etaleren, maar laat toch wat steken vallen. Zo meent hij dat de meeste teams nog eigendom zijn van fabrikanten, waaronder BMW, en komt hij niet verder dan Michael Schumacher bij het opnoemen van succesvolle coureurs. Maar goed, in het land der blinden is eenoog koning, dus zijn gesprekspartner neemt het blindelings aan. Ondertussen probeert hij subtiel de vrij eenzijdige dialoog af te ronden, maar heeft moeite de babbbelaar van zich af te schudden. Waarschijnlijk neemt hij de volgende vlucht een noise cancelling koptelefoon mee.