Volgens Pat Fry heeft Ferrari ‘aanzienlijke vooruitgang’ geboekt met het ontwikkelen van haar simulator, wat weer enorm belangrijk is voor het (door)ontwikkelen van haar bolides.

In gesprek met Autosport stelt engineering director Fry dat Ferrari, waarvan bekend is dat het op simulator-gebied achterliep op rivalen als McLaren en Red Bull, gedurende dit seizoen een digitale inhaalslag heeft gemaakt.

Wat volgens Fry een belangrijke reden is geweest dat Ferrari haar simulator heeft kunnen verbeteren, is dat het begin dit jaar Pedro de la Rosa heeft binnengehaald. De Spanjaard staat hoog aangeschreven als test- en simulatorrijder en was in die functie eerder een waardevolle kracht bij rivaal McLaren.

“Pedro heeft enorm veel bijgedragen aan onze inspanningen om de simulator te verbeteren en ik denk dat we sinds zijn komst veel progressie hebben geboekt op dit vlak”, beaamt Fry.

“Een simulator is natuurlijk nooit één-op-één te vergelijken met een echte auto en echt testwerk, maar volgens mij krijgen we door de veranderingen die we hebben gemaakt nu betere feedback van onze coureurs nadat ze in de simulator hebben gezeten.”

Ondanks zijn positivisme benadrukt Fry dat Ferrari haar simulator nog niet uitontwikkeld heeft. “Want een simulator is, zoals elk team zal erkennen, nooit perfect. Ondanks de progressie die we ermee hebben gemaakt, is het dus iets waar we tot aan het eind der tijden aan moeten blijven werken.”

Windtunnel
Behalve dat Ferrari op digitiaal vlak progressie heeft geboekt, heeft de Scuderia de problemen met haar eigen windtunnel inmiddels ook opgelost, waardoor deze eind oktober weer in gebruik is genomen.

Ferrari constateerde gedurende 2011 en 2012 dat haar windtunnel incorrecte resultaten gaf en deze werd daarom eind 2012 gesloten. Ferrari werkte sindsdien in de windtunnel van oud-Formule 1-team Toyota in Keulen, maar kan haar windtunnelwerk nu dus weer gewoon op de eigen thuisbasis in Maranello doen.