De FIA heeft bevestigd dat het lange rechte stuk na bocht vijf de zone is waar de verstelbare achtervleugel mag worden geactiveerd in de race, mits een coureur dicht genoeg achter zijn voorligger rijdt.

Het detectiepunt om vast te stellen of het gat inderdaad minder dan een seconde is, ligt in bocht vier. Dat is de knik tussen de eerste bochtensequentie en de rechterbocht voor het langste ‘rechte’ stuk van het circuit. Hier zit weliswaar nog een knik in, maar de achtervleugel kan open blijven staan tot de remzone voor bocht zeven.

In Italië wees de FIA nog twee DRS-zones aan, maar in Singapore blijft het bij één inhaalzone. De autosportbond achtte de andere rechte stukken niet geschikt voor het gebruik van de verstelbare achtervleugel in de race. In de vrije trainingen en de kwalificatie mag DRS wel vrij worden gebruikt, tenzij het regent.