De FIA, de internationale autosportfederatie, werkt aan een oplossing om de startlichten beter zichtbaar te maken voor de Formule 1-coureurs. Na de Grote Prijs van Australië klaagden enkele rijders over een belemmerd zicht door de hogere achtervleugels.

Red Bull-coureur Pierre Gasly en Williams-rijder Robert Kubica, respectievelijk gestart van de zeventiende en twintigste plek, klaagden na de seizoensopener dat ze bij de start de lampen niet konden zien. “Toen ik op de grid stopte, zag ik de startlichten niet”, verklaart de Pool. “De achtervleugel van de Sainz’ McLaren hinderde het zicht. Ik zag de eerste rij en verder niets meer. Ik moest dus naar links bewegen. Dat was een moment van paniek.” Gasly voegt toe: “Met de nieuwe, grotere achtervleugels kon ik de startlichten niet zien. Ik moest reageren op de wagens om me heen. Daardoor verloor ik een aantal plaatsen.”

De FIA luisterde naar de klachten en startte een onderzoek. Daaruit concludeert de regelgever dat dit geen eenmalig probleem is en dat het beperkte zicht veroorzaakt wordt door de nieuwe achtervleugels. Die zijn dit jaar 100 millimeter breder en 70 millimeter hoger. Net groot genoeg om het zicht van de rijders te beperken. Aangezien de startlichten een standaardhoogte hebben voor alle Formule 1-circuits, bestaat de kans dat dit probleem dus vaker gaat voorkomen.

De FIA zou nu samen met de F1 Group werken aan een permanente oplossing, die ingevoerd moet worden tijdens de komende Grand Prix in Bahrein. Een mogelijke oplossing is het invoeren van een tweede set startlichten, halverwege de grid. Op die manier moeten coureurs die achteraan starten de lichten beter kunnen zien. In 2009 was dit al eens de oplossing toen zich een vergelijkbaar probleem voordeed.

Foto: Motorsport Images