“Goed, maar niet zo goed als gehoopt”, zo omschrijft Force India’s adjunct-teambaas Robert Fernley het optreden van de renstal in de seizoensopener, waarbij hij benadrukt dat het beter moet.

Volgens Fernley was Force India’s niveau tijdens de seizoensopener in Australië – waar coureurs Nico Hülkenberg en Sergio Pérez met een zesde en tiende plek negen punten scoorden – ‘acceptabel, maar niet geweldig’, zo vertelt hij aan Autosport.

“Het was goed, maar niet zo goed als gehoopt”, verduidelijkt hij. “We waren in race-trim niet zo snel als we hadden gewild, dus het is duidelijk dat ons nu wat werk te doen staat wat betreft het sneller maken van de auto.”

“Met de betrouwbaarheid zit het zoals we gezien hebben wel goed, wat erg fijn is, maar dat geldt voor alle Mercedes-team”, zegt Fernley, wiens renstal juist de strijd wenst aan te binden met twee andere Mercedes-teams, maar daar vooralsnog op te kort komt: “We moeten ervoor zorgen dat we het gat naar Williams en McLaren kunnen dichten”, verwoordt hij de ambities van het team uit Silverstone.

Fernley denkt dat er slecht ‘marginale vooruitgang’ kan worden geboekt door verder aan haar Mercedes-V6 te sleutelen, hetgeen betekent dat Force India het van aerodynamische updates moet hebben: “We hebben al wat kleine dingetjes voorbereid voor Maleisië, maar we zullen vol aan de bak moeten om verdere progressie te maken op dit vlak.”

“Om eerlijk te zijn dachten we dat de aerodynamica – en de doorontwikkeling van dat aspect van de bolides – pas rond het Europese deel van het seizoen belangrijk zou worden, maar het lijkt erop dat we hier dus al eerder mee aan de slag moeten.”