Nico Hülkenberg en Paul di Resta lijken de snelheid van Spa naar Monza te hebben meegenomen. In de middagtraining werd Di Resta zevende, terwijl Hülkenberg op één duizendste achter hem eindigde.

Di Resta kon alleen ’s middags rijden maar had al wat meters gemaakt in de simulator. “Dit was een redelijk normale middag”, zei de Schot na afloop. “Ik kwam redelijk snel op snelheid. De voorbereiding in de simulator was waardevol en de basisafstelling week niet erg af van hoe we de auto daadwerkelijk willen hebben.”

“We maakten de auto elke run beter dus er is zat informatie om vanavond te analyseren zodat we morgen nog een snellere auto hebben”, aldus Di Resta. Teamgenoot Hülkenberg was, in tegenstelling tot zijn teamgenoot, nog niet helemaal tevreden met zijn afstelling.

“Mooi om weer eens een normale, droge vrijdag te hebben. We konden nu ons programma afwerken en lange runs rijden. Het gaat wel aardig maar we kunnen wel nog wat aan de afstelling doen. Beide banden doen het goed en we hebben veel ervan geleerd. We beslissen vanavond met hoeveel neerwaartse druk we de rest van het weekend rijden.”

Jules Bianchi mocht ’s ochtends weer rijden. Hij was ruim een halve seconde langzamer dan Hülkenberg. “Ik ben erg blij met hoe het ging. De auto voelde goed aan en ik durfde ‘m flink de sporen te geven. Het was erg druk tijdens mijn eerste run, maar later was het rustiger. Daardoor kon ik snellere tijden klokken.”

“Ik moest van het team met verschillende aerodynamische afstellingen rijden. Dit leidde tot kleine verbeteringen. Ik hou een goed gevoel over aan vandaag en ik ben dankbaar dat ik weer mocht rijden.”