Force India heeft dankzij de zesde en zevende plaats in de Grand Prix van Italië de vijfde plaats bij de constructeurs heroverd ten koste van Lotus. Sergio Pérez werd zesde, Nico Hülkenberg zevende.

Sergio Pérez liet zich al direct in de openingsfase goed van voren zien. Hij passeerde Nico Rosberg en lag daarmee vijfde, maar de Mexicaan wist de Duitser niet lang achter zich te houden. Daarna reed hij tot aan de pitstops een rustige race waarin hij naar eigen zeggen gestaag een voorsprong kon opbouwen ten opzichte van zijn achtervolgers.

“Ik heb een leuke dag gehad”, vertelt Pérez na afloop van de race. “Ik reed van begin tot eind een lekker en constant tempo, mede doordat ik prima in staat was de bandenslijtage prima onder controle te houden.”

“Na mijn pitstop werd de Ferrari van Kimi Räikkönen in mijn spiegels al maar groter en ik kon niks doen om hem achter me te houden”, vervolgt de Mexicaan. “Ik ben zeer tevreden met wat we dit weekend hebben laten zien en ik denk dat Force India deze punten dubbel en dwars heeft verdiend. Het levert ons opnieuw de vijfde plaats bij de constructeurs op en bovendien een mooi gat naar onze concurrenten.”

Hülkenberg
Teamgenoot Nico Hülkenberg blijft met de zevende plaats in het spoor van Pérez, maar deelt de pure vreugde van de Mexicaan niet: “De zevende plaats levert ons weliswaar waardevolle punten op, maar ik denk dat er meer in had gezeten. Volgens mij kon ik harder dan dat ik vandaag reed en ik vermoed dan ook dat er een probleem was aan boord van de VJM08. Dat is iets wat we uit moeten zoeken.”

“Ik leek downforce te verliezen, waardoor de achterkant van de wagen alle kanten op ging en waardoor de banden oververhit raakten. Dat is bepaald niet bevorderlijk voor je snelheid en het maakte het niet gemakkelijk om Marcus Ericsson in de tweede helft van de race achter me te houden. Op dat moment hebben we er even over nagedacht de éénstopper te veranderen in een tweestopper, maar aangezien de zevende plaats een zekerheidje leek, legden we het plan weer naast ons neer.”