Force India is er achter gekomen waarom de resultaten tot dusver nogal tegenvallen dit seizoen. De luchtstroom naar de diffuser blijkt in de praktijk anders te zijn dan in de windtunnel en computersimulaties. Dat meldt het Duitse Auto motor und sport.

Na de afgelopen twee jaar op de vierde plaats in het constructeurskampioenschap te zijn geëindigd, staat Force India dit jaar na drie races pas op de negende plaats met één schamel WK-punt, behaald door Esteban Ocon in Bahrein. “We zitten aan de staart van de middenmoot”, drukt Sergio Pérez het nog voorzichtig uit. “Met een halve seconde achterstand op de teams die willen verslaan.”

Technisch directeur Andy Green erkent dat de auto nog niet naar behoren functioneert. “We gaan vooruit, maar niet zoals gepland”, zegt hij tegen Auto motor und sport. “De updates doen wat ze moeten doen, maar we moeten nog een probleem oplossen.”

Een nieuwe voorvleugel werd na Bahrein weer aan de kant geschoven en een gewijzigde diffuser bleek in China wel een lichte verbetering, maar niet de heilige graal. “Bij het insturen is de auto instabiel”, verklaart Green. “De achterkant genereert minder downforce dan we hadden berekend, en daardoor kunnen we ook aan de voorzijde niet het volledige potentieel benutten, want de balans is niet in orde.”

Tijdens de vrije trainingen in Bahrein en China bracht Force India met FlowViz-verf de luchtstromen in kaart. Het constateerde dat deze niet overeenkwamen met de resultaten uit de windtunnel en computersimulaties, met name rond de sidepods die een licht gewijzigde vorm hebben ten opzichte van vorig jaar.

De financiële situatie van Force India laat het echter niet toe om snel aanpassingen door te voeren. Het team hoopt in Spanje een grote stap te kunnen zetten. Zodra de sidepods zijn aangepast, kan ook de nieuwe voorvleugel weer worden gebruikt. Volgens Green moet dat een halve seconde per ronde opleveren.