Waar Jean-Eric Vergne de trainingsdag als vijfde afsloot, bleef Daniel Ricciardo op de negentiende plaats steken. De Australiër hoeft zich echter geen zorgen te maken, omdat de auto’s totaal verschillend waren afgesteld.

“Het is natuurlijk niet leuk om in de onderste regionen te verkeren, maar er is geen reden tot paniek”, verklaart Ricciardo. “We probeerden vandaag iets uit op mijn auto waarvan we dachten dat het zou werken, maar dat was helaas niet het geval. Het goede nieuws is dat mijn teamgenoot wel een goed tempo te pakken had. Dus aan de hand van zijn data moeten we een goed compromis kunnen vinden. Ik heb het gevoel dat we morgen wat moois kunnen laten zien en met beide auto’s in de voorste gelederen kunnen komen.” 

Vergne is blij met de snelheid van zijn auto, maar plaatst wel een kanttekening. “Over één snelle ronde is de auto uitmuntend, maar de lange run was een stuk lastiger”, zegt hij. “Toch denk ik dat het een mooi weekend gaat worden. Dit was een mijn beste dagen in de Formule 1. Ik had geen problemen en de auto reed als een zonnetje.” 

Dat zonnetje was ’s ochtends nog niet boven het circuit te bekennen. “De omstandigheden in de eerste training waren niet ideaal”, aldus Vergne. “Het was te nat voor slicks en te droog voor regenbanden. Maar we hebben wel wat ervaring kunnen opdoen die wellicht later in het weekend nog van pas komt. Het is in ieder geval fijn om weer te racen, zeker op een fantastisch circuit als Spa.”